De reis van het dode lichaam
Professionals over ‘hun’ plaats delict.
Er zijn dingen die je nooit vergeet, die een onuitwisbare indruk achterlaten. De dood van een geliefd persoon, een ongeluk waarbij iemand betrokken is, een brand, misschien een diefstal. Gelukkig overkomen zulke dingen ons niet vaak. Maar er zijn mensen die beroepshalve dagelijks dergelijke dingen meemaken. Ze zijn arts, verpleegkundige, brandweerman, officier van justitie, politieagent, ambulancemedewerker, ze werken bij forensische opsporing, zijn bloedspoordeskundige, gespecialiseerd uitvaartverzorger of schoonmaker van een plaats delict… Allemaal specialisten die na een eerste 112-melding in de daaropvolgende werkzaamheden kunnen worden opgeroepen, zich naar een ramp-plaats begeven en daar dan aan de gang gaan. Ze kennen elkaar vaak onderling. Maar voor de buitenstaander – voor u en voor mij, de lezers van dit boek – zijn het onzichtbare mensen, bezig achter een roodwit afzetlint dat vreemden buitensluit. Al die specialisten doen ervaringen op waarover ze niet met vreemden spreken. Hooguit onder elkaar, om de spanning te verwerken. Maar ze worden er nooit gevoelloos van, en soms breekt de spanning ze op.
Linda Samplonius is getrouwd met een politieman. Ze weet wat zijn werk met hem doet. En ze besloot met dertien professionals te gaan praten over hun rol, over de emoties die zij ondergaan in hun ontmoetingen met de dood. De auteur schrijft in haar inleiding Tussen de regels door ontdek je de reis die het lichaam maakt na een onnatuurlijk overlijden. Het begint met de hulpverleners die als eersten ter plaatse zijn, bij die mensen kunnen we ons van alles voorstellen. Maar als er vermoeden of twijfel bestaat over de oorzaak van het overlijden komen er mensen die wij als leken niet aan het werk zien: de forensisch arts, de tactische recherche die sporen vastlegt, specialistische teams, al die mensen werken onder leiding van een officier van justitie. Geeft die het lichaam vrij, dan komt de gespecialiseerde uitvaartverzorger eraan te pas. Hij zorgt dat de overledene ‘toonbaar’ wordt voor de nabestaanden zodat die waardig afscheid kunnen nemen. En tot slot komt er iemand die de plaats delict weer schoonmaakt: weer spatzuiver. Als zij zijn geweest ziet niemand meer welke ellende zich heeft afgespeeld in de woning. Samplonius sprak met al die mensen. Zij vertelden haar allemaal welk geval het meeste indruk had gemaakt tijdens hun werkzame leven.
Auteur
Linda Samplonius (1984) is freelance journalist en schrijver. Op haar website voegt ze daaraan toe: ‘verhalenmaker, sparringpartner, denker, doener, moeder, hiker en salsadanser. Hobby: wandelen. Ze werkt onder meer voor RTL Nieuws en Intermediair, voor tijdschriften en krantenbijlages. Zij schrijft veelal over de menselijke verhalen achter het nieuws. Ze heeft een fascinatie voor true crime, dit boek valt daar zeker onder. Ze debuteerde in 2014 met de thriller Koelcel en schreef de verhalenbundel Het cadeau. Ze is getrouwd met een politieman en heeft twee kinderen.
In interviews naar aanleiding van dit boek geeft de auteur aan dat haar man in zijn vak stevig in zijn schoenen staat. Maar ook hij botst regelmatig met de realiteit van zijn werk en die van zijn dagelijks leven. En dát is nu juist het thema wat Samplonius in dit boek te berde brengt.
Zo spreekt ze een bloedspoordeskundige van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) die uren bezig was met een doodgestoken baby, terwijl hij zelf onlangs een zoontje had verloren. Dan komt zoiets veel harder aan. Een oud-ambulancemedewerker, Josef van der Maas, verwoordt treffend waar het op neerkomt, hoeveel een mens kan verdragen: ‘Het leven is een kerfstok, je moet alleen wel zorgen dat je hout overhoudt’. Hij vertelt dat hij een paar keer achter elkaar werd opgeroepen bij een wiegendood. En dat terwijl zijn vrouw net een miskraam had gehad. ‘Voor mij even geen dode baby’s meer’, zegt hij tegen de centralist. Zijn kerfstok was even te zwaar belast.
Een boeiend boek, uitstekend geschreven, Samplonius geeft blijk van een groot empathisch vermogen, gecombineerd met een flinke dosis respect voor de arbeiders-met-de-dood bij wie de dood soms onder de huid dreigt te kruipen omdat ellende nooit echt kan wennen.
Linda Samplonius – Achter het afzetlint. ISBN 9-789-026-364-96-9. 205 pagina’s, € 21,99. Amsterdam: Ambo | Anthos 2024.