Robert Vuijsje – Alleen maar nette mensen. ISBN 978-90-388-9287-0, 286 pagina’s, € 12,50. Amsterdam: Nijgh & Van Ditmar, zestiende druk 2009.
De hoofdpersoon van dit boek is David, een joodse jongen uit Amsterdam Oud-Zuid, die eruit ziet als een Marokkaan en na zijn eindexamen gymnasium in een identiteitscrisis terecht komt. Hij heeft het gehad met zijn milieu, waarin zijn ouders van hem verwachten dat hij psychologie gaat studeren en met zijn schoolvriendinnetje gaat trouwen. David raakt gefascineerd door zware vrouwen met grote borsten en dikke billen. Maar dat is niet genoeg: David deelt zwarte vrouwen in in drie categorieën. Bounties, zwarte vrouwen die eigenlijk wit van binnen zijn en voor blanke mannen kiezen. Die zijn voor hem volstrekt oninteressant. Switch-hitters met gemengde blanke en zwarte vriendenkringen, bieden mogelijkheden, maar als ze teveel aan blanke mannen zijn blootgesteld raken ze besmet en worden ze saai. David kiest bij voorbaat voor vrouwen met een gouden ketting om hun nek waaraan in gouden krulletters de naam Sherida hangt. Deze vrouwen zijn bijna onmogelijk te krijgen voor blanke mannen. En dan heeft David nog het liefst een intellectuele negerin, maar hij beseft wel dat die uiteindelijk switchhitter of bounty wordt. Eigenlijk een onmogelijk ideaal. Op zoek naar, je zou bijna zeggen de heilige graal maakt David soms heel intiem kennis met vrouwen én mannen uit verschillende subculturen in de Bijlmer en later in Memphis, Amerika. Hoe het afloopt verklap ik niet, dat moet u zelf lezen.
Voor mij als cultureel antropoloog valt veel te leren uit zijn beschrijving van die subculturen. Daarnaast was ik gefascineerd door zijn soms vrolijke beschrijving van het truttige ouderlijk milieu, ‘alleen maar nette mensen’, in Oud-Zuid codetaal voor geen allochtonen en vooral geen Marokkanen. Davids vader was baas van een actualiteitenrubriek bij de publieke omroep, zijn moeder werkte op een advocatenkantoor. De vriendenkring bestond uit de hoofdredacteur van een kwaliteitskrant en een beroemde columnist. De prachtige beschrijving van dit clubje mensen wordt gecompleteerd met opmerkingen over bijvoorbeeld de grote witte vierkante Jan des Bouvrie-tafel in de eetkamer.
‘Ontluisterend en genadeloos, en tegelijk zeer geestig. Het swingt als een zwarte tiet’ becommentarieerde de jury deze roman bij het verlenen van De Gouden Uil. Maar Vuijsje kreeg niet alleen maar lof. Met name niet-blanke vrouwen voelden zich beledigd door dit boek, dat ook koloniaal seksistisch, racistisch en discriminerend werd genoemd. De kracht van Vuijsje is juist dat hij alle niet-blanke vrouwen niet over één kam scheert en een mijns inziens redelijk waarheidsgetrouwe en tevens hilarische beschrijving geeft van een deel van de sociale werkelijkheid. Dat mag hij toch doen als romanschrijver? Het boek is wel degelijk confronterend, maar controversieel?Oordeelt u zelf. Ik heb er in ieder geval van genoten en er nog wat van opgestoken ook, evenals de jury van de Gouden Uil en veel, heel veel lezers.
Dit boek is eveneens besproken in de rubriek Puur Cultuur op MeerRadio, woensdag 18 november 2009.