De openhartige juffrouw. Erotische verhalen uit de Verlichting. Vertaald door Han van der Vegt. Met een voorwoord van Atte Jongstra. ISBN 978-90-253-6718-3, 454 pagina’s, € 22,95. Amsterdam: Athenaeum – Polak & Van Gennep 2009.
Dit merkwaardige boek is een verzamelbundel van romans en toneelstukken die een goed beeld zouden geven van de Nederlandse erotische literatuur uit de vroegmoderne tijd. Het is versierd met erotische prenten en gravures uit het Prentenkabinet van het Rijksmuseum, die vaak niets meer aan de verbeelding overlaten.
Het begint met De openhartige juffrouw, of de huichelarij ontmaskerd, een soort schelmenroman in twee delen. Het is het verhaal van een dame van losse zeden, die haar lichaam zodanig te gelde wist te maken, dat ze een zekere welstand bereikte. De grootste zwakheid van de dame en van het verhaal zijn haar grenzeloze geldzucht, waarvoor alles moest wijken. Een en ander wordt zonder al te veel humor gebracht. Dit het ook anders kon, bewees de Britse auteur Daniel Defoe met zijn fameuze roman The Fortunes and Misfortunes of Moll Flanders.
Dan komt het ‘toverspel’, De goede, onschuldige natuur, een toneelstukje waarin veel gecopuleerd wordt in steeds wisselende paren door de blote heren Wellust, Verrukking en Lust en de dito dames Tederheid, Speelsheid en Liefde. Aan deze idylle komt een einde als mevrouw Beschaving ‘deze natuurmensen’ in nauwsluitende kleren dwingt, zodat zij tot ‘beschaafde wezens’ worden omgevormd. Het gevolg laat zich raden: vechtpartijen, mishandeling, homosexualiteit, vrouwen die elkaar vingeren en verdere ellende.
Dan volgt een merkwaardig verhaal: Het leven en gedrag van de moderne Haagse en Amsterdamse salondames. Een voor mij onbegrijpelijk en onfris gewelddadig verhaal over een soort geheime genootschappen van deftige dames, waarin een arme jongeling vreselijk wordt mishandeld.
Over de klucht Het verstoorde neukpartijtje van Willem de Vijfde kan ik kort zijn: een nogal flauw politiek pamflet.
Ten slotte worden bijna 200 bladzijden besteed aan De roemruchte daden van Jan Stront in twee delen, waarvan het eerste deel sterk is ingekort. Gelukkig maar, want het wemelt van de flauwe poep- en piesverhalen.
Sommige anekdotes en grappen uit het tweede deel zijn wel grappig.
Voor de liefhebbers? Dat zijn dan denk ik vooral geïnteresseerden in geschiedenis, literatuur en rariteiten, want de erotica valt tegen en ons gevoel voor humor is kennelijk geëvolueerd.
Dit boek is eveneens uitgebreid besproken in de boekenrubriek van het programma Puur Cultuur van MeerRadio (30 december 2009).