Stephen Vizinczey – Loflied op de rijpe vrouw. De amoureuze herinneringen van András Vajda. Vertaald uit het Engels (In Praise of Older Women) door Dolf Koning. Bewerkt door Carla Hazewindus. ISBN 978-90-488-0647-8, 234 pagina’s, € 18,95. Amsterdam: Lebowski 2010.
Op een oude fiets moet je het leren. Dat gold in ieder geval voor de jonge Hongaar András Vajda (alter ego van de auteur Stephen Vizinczey). In dit literaire hoogstandje lezen we over diens queeste naar vervulling van zijn seksuele verlangens. Het lukte hem vaak niet bij jonge meisjes te ‘scoren’ als ik dat oneerbiedige woord hier mag gebruiken. Zelfs hij een gewillig exemplaar trof, bleek wederzijds gebrek aan ervaring een probleem om tot de daad te komen. Wat oudere vrouwen met meer ervaring bleken behulpzamer, al moest hij de nodige moeite ervoor doen hen zover te krijgen. Tijdens zijn zoektocht neemt de auteur ons mee naar het vooroorlogse Hongarije, de Amerikaanse troepen van net na de Tweede Wereldoorlog, die hij van vrouwen en meisjes voorzag en het Stalinistische Hongarije. In 1956 vluchtte hij via Italië (waar hij een frigide vrouw tot een orgasme wist te brengen) naar Canada, vanwaar hij uiteindelijk in de Verenigde Staten belandde. De stijl is wat ouderwets, er komt dan ook geen drieletterwoord in voor en dat is best een verademing. Wie op zoek is naar veel seks komt bedrogen uit, het duurt zo’n 80 pagina’s voordat de hoofdpersoon door zijn bovenbuurvrouw wordt ingewijd in het bedrijven van de liefde en ook daarna gaat het meer om zijn pogingen een vrouw te versieren dan om wat daarna gebeurt. Het meeste succes blijkt Vajda te hebben met een directe aanpak: ‘Ik heb het besluit genomen in de Donau te springen als ik je vandaag niet zou vragen om met me naar bed te gaan.’ Of ‘Ik geef je deze mooie asbak als je met me naar bed gaat.’ Het boek dateert overigens al uit 1965 en was destijds een Amerikaanse bestseller. The New York Times sprak over het eerste meesterwerk van een post-pornografische periode uit de literatuur.
Ik kan me voorstellen dat dit vrolijk geschreven boek destijds opzienbarend was. We zijn nu echter wel vijfenveertig jaar en duizenden boeken verder. In dat perspectief vind ik het een wat merkwaardig boek, vooral interessant door het tijdsbeeld dat het schetst. Ik heb het niet in één ruk uitgelezen, maar met tussenpozen, telkens een hoofdstuk.
Dit boek is op 12 januari 2010 eveneens besproken in het programma PuurCultuur van MeerRadio.