Gideon de Haan & Violet Falkenburg – Het Stiefparadijs, voor ouders van een fusiegezin. ISBN 978-90-453-1585-0, 256 pagina’s, € 19,95. Amersfoort: BBNC 2014.
‘Vlekkengids’ voor ouders, stiefouders, stiefkinderen, stief-familie, exen en andere stief-relaties.
Twee mensen komen elkaar tegen, worden verliefd en willen samen verder. Tot zover geen wolkje aan de lucht. Tenzij een van de twee – of misschien wel alle twee – verliefden een relatie achter de rug heeft waaruit al een kind is ontsproten.
Want samen verdergaan is mooi, maar het kind speelt een rol in dat plan. Een heel grote rol zelfs. Want de nieuwe ouder wordt de stiefouder, vaak van elkaars kinderen en het geplande gezin wordt fusie-gezin met alle lusten en lasten die daarbij horen. Tenslotte zijn het niet de kinderen die verliefd zijn en samen verder willen, maar hun gescheiden ouders. En zij moeten zich daar maar in schikken.
Dat schikken is moeilijk. Voor de kinderen en de wederzijdse ouders. Het vergt tact, overleg, veel gesprekken, aandacht voor de exen (die tenslotte mede-ouders zijn), aandacht voor aangewaaide oude én nieuwe grootouders. Een fusiegezin – zoals de auteurs van dit boek het nieuwe gezin noemen – vergt geven en nemen, eerlijkheid en liefde. Het vergt zó veel van de partners en van de kinderen in zo’n gezin, dat het lang niet altijd goed gaat: na vijf jaar is twee derde van de relaties mislukt. In 2012, schrijven de auteurs, ontstonden 184.000 geregistreerde stiefgezinnen. Tel uit het verlies na vijf jaar. In al die mislukte relaties krijgen de kinderen opnieuw te maken met een huishouden dat wordt opgebroken, met veiligheid die wordt aangetast.
Gideon de Haan (1962, coach bij overleg-scheiden, coach van stiefgezinnen en ervaren stiefvader) en Violet Falkenburg (1948, journalist, coach en ervaren weekeindmoeder) hebben alle vragen rond stiefgezinnen en stiefrelaties op een rij gezet en zijn die vervolgens stuk voor stuk gaan behandelen. Dat resulteerde in 129 korte stukjes tekst met (een keuze) onderwerpen als ‘een stiefplan helpt’, ‘verhuizen naar Verweggistan’, ‘jouw huis, mijn huis of naar de makelaar?’, ‘na de roze wolk’, ‘een liefdesbaby’, ‘ haar kind aanpakken is lastig’. Dat alles geschikt onder een aantal hoofdstukken over stiefkinderen, stiefouders, exen, grootouders, zakelijke zaken, communicatie, et cetera.
Die vlot geschreven, handzame teksten vormen samen, zoals de auteurs waarschuwen, geen ‘routeplanner naar het Walhalla’, maar gewoon een boek vol tips en verhalen uit de praktijk. Het is geen kookboek met recepten, maar een boek om erbij te pakken wanneer je in je fusiegezin tegen iets aanloopt waar je mee zit.
Zelf zou ik het eerder een soort ‘vlekkengids’ willen nemen: hoe ga ik welke vlek in mijn fusiegezin te lijf? En zonder te zeggen dat alle fusiegezinnen hetzelfde zijn, schrijven De Haan en Falkenburg niet alleen vanuit hun ervaring als stiefouder (De Haan) en hun beider ervaring als coach van fusiegezinnen, maar vooral vanuit hun levenservaring en hun nuchtere verstand. En dat is heel waardevol. Soms, als iemand met een probleem zit, kan een buitenstaander beter zeggen wáár de zere plek zit die je zelf over het hoofd hebt gezien.
Als twee derde van de relaties mislukt, redt één derde van de fusiegezinnen het wel. Als het aan de auteurs ligt, stijgt dat aantal met behulp van deze gids. Wat zij hebben geleerd, geven zij door. In de hoop dat ieder nieuw fusiegezin een ‘Stiefparadijs’ kan worden.
Het is haalbaar, zeggen de auteurs. Als je de hobbels overwint of voor lief neemt, kom je er met zijn allen beter uit.
Een regelrechte aanrader voor iedereen die aan een stiefgezin begint en voor iedereen die al ‘stieft’ en een helpende hand kan gebruiken.