Annette Herfkens – Turbulentie. Ik overleefde een vliegtuigramp. Vertaald uit het Engels (Turbulence – A True Story of Survival) door Titia Ram. ISBN 978-90-225-7364-8, 300 pagina’s, €19,99. Amsterdam: Boekerij 2015.
Wat gebeurt er met je als je als enige een vliegramp overleeft?
Het is 1992 als Annette Herfkens met haar verloofde ‘Pasje’ (Willem van der Pas) op vakantie gaat in Vietnam, waar Willem op dat moment werkt. Annette heeft last van claustrofobie en daardoor een hekel aan vliegen. Tot haar grote schrik moeten ze nu met een klein ouderwets Russisch vliegtuig een binnenlandse vlucht naar hun bestemming maken. Pasje stelt haar gerust, alles zal goed gaan.
Maar niets gaat goed. Het kleine vliegtuig vliegt tegen een berg op, verliest een vleugel en tolt draaiend verder tegen een volgende bergtop aan. Daarna stort het neer.
Van de dertig passagiers zijn er nog een paar in leven. Pasje is dood. Annette is zwaargewond. Wachtend op hulp uit de jungle sterven ook de andere passagiers. Pas na acht dagen wordt Annette gevonden. Ze heeft zich met regenwater in leven gehouden. In Nederland heeft de familie de hoop inmiddels opgegeven nog één van beiden terug te zien.
Annette Herfkens (1961) vertelt het verhaal van haar overleving vele jaren na het gebeurde. Toen het drama plaatsvond was ze 31 jaar oud. In de jaren erna hervond ze zichzelf en vond ze een nieuwe liefde met wie ze een gezin stichtte. Ze woont en werkt in New York. Aan het eind van haar verwerkingsproces maakt ze een reis naar Vietnam, naar de plaats waar het vliegtuig neerstortte.
In deel één van vertelt Herkens in om-en-om-hoofdstukken over het ongeluk en over de meelevende en liefdevolle reacties van vrienden en familieleden. Ook haar leven tot ‘de dag’ krijgt aandacht.
In deel twee komt de nasleep aan bod. Wie een dergelijk ongeluk overleefd heeft, kijkt voortaan op een andere manier naar het leven. Dat geldt ook voor de schrijfster. Ze wordt beschouwender van aard en realiseert zich dat ze het ongeval nog niet heeft afgesloten. Ze is bezig geweest ‘de oude’ te worden, maar dat is een onmogelijk streven.
Daarbij komt dat in haar huidige leven ook haar beide kinderen natuurlijk aandacht vragen. En dat zelfs meer dan gemiddeld, want haar zoon blijkt autistisch te zijn. Ze wil de jongen alle kansen geven om zo goed mogelijk uit de verf te komen.
Er schuilt een zekere zelfgenoegzaamheid in de schrijfster. Ze heeft wel degelijk heel wat meegemaakt, maar ze heeft het in haar verwerkingsproces – zo ervaar je als lezer – ook wel prima met zichzelf getroffen.
Een boek met een opmerkelijk en intrigerend verhaal.