Jelle Brandt Corstius – As in tas. ISBN 978-90-824-1063-1, 150 pagina’s, € 12,99. Amsterdam: Das Mag 2016.
Absurde fietstocht naar de Middellandse Zee.
Jelle Brandt Corstius (1978) is schrijver, reisjournalist en programmamaker. Zijn beroemde vader Hugo was heel bekend door zijn vele columns en als taalwetenschapper. Zoon Jelle was enige jaren correspondent voor Trouw in Moskou. Voor de VPRO-televisie maakte hij reportages over Rusland onder andere Van Moskou tot Moermansk en presenteerde hij Zomergasten. Hij schreef ook enkele boeken.
Hugo Brandt Corstius overleed op 28 februari 2014. Zijn vrouw was al jong overleden en hij moest alleen zijn twee dochters en zijn zoon Jelle opvoeden. Dit gelukte in het geheel niet. Hoe het in het gezin Brandt Corstius toeging, kun je te weten komen uit dit boek. Na de crematie van zijn vader besloot Jelle een fietstocht te maken naar de Middellandse Zee. Hij nam een zakje as van zijn vader mee om dat te verstrooien in de Middellandse Zee. In deze roman beschrijft hij zijn reis en haalt hij veel herinneringen op.
Die fietstocht had te maken met het feit dat hij dat samen met zijn vader vaker had gedaan. Jelle begint er volkomen onvoorbereid. Als hij vanuit Amsterdam op weg gaat naar Noord-Brabant krijgt hij al bij Ouderkerk aan de Amstel last met zijn bagage. Een fietsenmaker helpt hem zijn fietstassen op de goede manier te bevestigen. Hij noemt zijn vijftig kilo bagage steeds Yolanthe Cabau. In zijn bagage bevindt zich een zakje van purper satijn met as van zijn vader. Op zijn vertrekdag ging hij onaangekondigd langs de begraafplaats om de as te halen. Het bleek drieënhalve kilo te zijn. Doe maar een koffiekopje. Even later krijgt hij het zakje, waarvan hij het volgende denkt: Mijn vader zou het volstrekt bespottelijk gevonden hebben om in een purperen zakje op reis te gaan.
Voor een groot deel is As in tas een reisverslag. Jelle is heel eerlijk over zijn voortdurende onhandigheden. Als fietser is hij eigenlijk te ongetraind om een tocht van 1200 kilometer te maken. Hij heeft de grootste moeite de heuvels van de Ardennen te beklimmen. In het begin heeft hij ook de typisch mannelijke ongemakken van een ongetrainde fietser. Aan het eind van de dag is hij zijn geslachtsdeel ‘kwijt’ en kan nauwelijks urineren. Gelukkig duurt het euvel maar een paar dagen. Hilarisch is ook het verhaal over de overnachting in Maastricht. Hij logeert in een B & B bij een wel heel zuinige mevrouw. Als hij gaat douchen, moet hij het douchewater in een emmer opvangen. Dit water moet hij dan weer benutten in het toilet. Dat bespaart het doorspoelen.
Het belangrijkste deel van de roman bestaat uit herinneringen aan zijn vader. Toen Jelle drie jaar was, overleed zijn moeder. De kinderen moesten voor het grootste deel voor zichzelf zorgen. Vader had het te druk met schrijven en studeren. Hij ging wel met zijn kinderen op vakantie. Daarover staan prachtige verhalen in dit boek. Vaak schaamden ze zich voor hun vader. Hij hield zich nooit aan regels en hij provoceerde graag. Toen het gezin in een restaurant dineerde waar ze steeds de verkeerde gerechten kregen, telde vader tot vijf en renden ze samen zonder te betalen het restaurant uit.
Ondanks de verwaarlozing en het ontbreken van opvoeding (mijn vader heeft me nooit een aanwijzing gegeven) hield Jelle zielsveel van zijn vader en beschrijft hij enkele gebeurtenissen waarin sprake is van grote vader-zoon-liefde. Als hij als kleine jongen erg verdrietig was kroop hij bij zijn vader in bed en ging bovenop hem liggen, dat gaf hem direct rust en troost. Heel intiem is het verslag van een weekend in hun zomerhuisje in Petten. Heel vaak was het gezin daar naar het strand geweest. Bij dit bezoek is zijn vader al licht dement en sterk verzwakt. Als ze op het strand zijn zegt zijn vader: Dit is de laatste keer dat ik de zee zie. In het huis is zijn vader doodmoe en gaat direct op de divan liggen. Jelle kruipt naast hem. Ik hield hem vast, moest huilen en zei hem dat ik zo verschrikkelijk veel van hem hield. Hij zei niks, maar hield mij vast en dat was genoeg.
Dit is een prachtig boek. Echt een boek dat je in enkele uren achter elkaar uitleest, heel humorvol en boeiend. De verhalen over Jelles vader zijn kostelijk, de reisverhalen interessant en hilarisch. Helaas worden de reisverslagen met het vorderen van de reis steeds beknopter; over Midden – en Zuid-Frankrijk wordt heel weinig gezegd. Dat is jammer, maar begrijpelijk, zo kort na het overlijden van zijn vader zijn de herinneringen aan hem het belangrijkst.
Op het strand van Saintes-Maries-de-la-Mer strooit hij de as in zee. Hij heeft volkomen vrede met de situatie. Alles was gezegd en wat hij hem wilde vragen had hij hem gevraagd. Soms gaf hij antwoord, soms zei hij ‘Pirelli’ (dat betekende niets, maar de zoon begreep dat zijn vader geen antwoord wilde geven). Jelle was vaak op reis of woonde in het buitenland, maar ik had hem vaak genoeg gezien. Precies genoeg om niet helemaal gek van hem te worden.
Een heerlijk boek.