Haruki Murakami – Mannen zonder vrouw. Vertaald uit het Japans (Onna no inai otokotachi) door Jacques Westerhoven. ISBN 978-90-254-4660-4, 286 pagina’s, € 19, 99. Amsterdam, Atlas Contact 2016.
Afhankelijke mannen en grillige vrouwen.
De Japanse schrijver Haruki Murakami (1949) schreef een aantal zeer succesrijke romans. Zijn boeken worden in meer dan veertig landen uitgegeven. Hij ontving al diverse prijzen en algemeen wordt hij gezien als een mogelijke Nobelprijswinnaar. Dit is een bundel van zeven verhalen met mislukte relaties als thema. De mannen worden om onduidelijke oorzaken door hun vaak zelfstandige en dominante partners in de steek gelaten.
Het eerste verhaal Drive My Car is kenmerkend voor deze thematiek. Het handelt hier om een acteursechtpaar. Ze pasten psychisch en seksueel goed bij elkaar. Mensen om hen heen zagen hen als een ideaal paar, dat goed met elkaar kon opschieten. Toch blijkt de vrouw steeds kortstondige verhoudingen te hebben. De man durfde de reden niet te vragen. De vrouw overlijdt en het ergste is dat hij nu nooit te weten zal komen waarom ze overspel pleegde. Hij benadert zelfs een ex-minnaar, maar wordt daar niets wijzer van. Hij bespreekt het ook met zijn vrouwelijke chauffeur. Zij heeft het volgende onthutsende commentaar: Vrouwen hebben dat soms, u moet het zien als een soort ziekte. Erover nadenken helpt niet. Typisch voor de verhalen is de ontredderde man en het uitblijven van de uitleg over de oorzaken. Ook als lezer krijgen we geen antwoorden.
De vrouwen die Murakami in zijn verhalen beschrijft zijn bijna zonder uitzondering overspelig. Het trouw zijn aan de partner speelt bij hen geen rol. Ze komen zelden aan het woord en de motieven voor hun gedrag blijven duister. De schrijver houdt zich vooral bezig met de gevoelens van de mannen. Die zijn zeker geen slome sukkels. Daarom is het steeds zo moeilijk voor hen om te begrijpen dat ze bedrogen of verlaten worden, het zijn ogenschijnlijk heel acceptabele partners.
In Kino begint de bedrogen man een nieuw leven. Hij start een café waar hij zijn geliefde jazzmuziek draait. Hij heeft gezelschap van een kat die echt bij het café gaat behoren. Als de kat ineens verdwijnt gaat het mis met het café. Zoals de meeste verhalen van Murakami is er in het verhaal ineens een onverwachte wending en wordt het verhaal afgesloten met een open einde. Dit is soms onbevredigend.
In één verhaal lijkt de mannelijke hoofdpersoon, de plastisch chirurg Tokai, een ideaal leven te hebben. Hij is vrijgezel en kan zich heel goed redden. Getrouwd zijn en kinderen krijgen was niets voor hem. Kinderen waren schattig toen ze klein waren, maar in de puberteit kregen ze een hekel aan volwassenen. Tokai had wel steeds een paar minnaressen, het liefst getrouwde vrouwen. Mooi hoefden ze niet te zijn, wel met gevoel voor humor en intelligent. Met een spitse, intelligente vrouw een goed gesprek voeren tijdens een etentje, of lekker kletsen in bed terwijl ze tegen elkaar aan lagen – dat waren momenten in zijn leven die Tokai koesterde. Dit gaat natuurlijk toch mis als hij verschrikkelijk verliefd wordt op de verkeerde vrouw.
Een heel amusant verhaal waarin alles heel harmonieus lijkt te gaan is Sherazade. Habara, waarschijnlijk een invalide man, krijgt regelmatig bezoek van een thuishulp die zijn boodschappen doet. Een andere ‘dienstverlening’ bestaat uit seks. Ze neemt hem mee naar de slaapkamer en bedrijft nogal plichtmatig de liefde met hem. Leuker dan de seks vindt hij de verhalen die ze daarna vertelt. Twee van deze verhalen worden weergegeven. Het een gaat over lampreien, palingachtige vissen. Het andere zeer gaat over haar grote jeugdliefde. Een werkelijk subliem verhaal. Zijn hulp, die hij Sherazade noemt, vertelt over haar schooltijd. Ze was verliefd op een klasgenoot. Regelmatig gaat ze onder de les naar zijn huis en rommelt daar in zijn spullen en kleren. Het verhaal heeft geen ongunstig slot, maar Habara is wel bang dat ze zo maar niet meer komt. Het was een relatie die haar toevallig door iemand was opgedragen en die door een gril van diezelfde persoon weer net zo makkelijk kon worden opgeheven.
De bundel bevat ook nog een zeer afwijkend en absurd verhaal. Het heeft niets met de thematiek te maken, maar wel met het boek van Kafka De gedaanteverwisseling. In dat verhaal verandert iemand in een kever. Bij Murikami is het precies andersom: een insect is veranderd in een mens en de lezer is getuige van zijn eerste belevenissen. Na een enorme vreetpartij krijgt hij bezoek van een jonge vrouw met een bochel die zich uitgeeft voor slotenmaakster. Er ontstaat een bizarre conversatie: de slotenmaakster is heel nuchter, ze spreekt met de pas getransformeerde Gregor Samsa die nergens iets van begrijpt, ook niet van zijn opgerichte geslachtsdeel. De slotenmaakster denkt dat hij met haar wil vrijen, maar hij is zich van geen ‘kwaad ’bewust.
Eigenlijk is geen enkel verhaal ‘gewoon’. Ze beschrijven steeds heel onrealistische gebeurtenissen. Echt spannend zijn ze ook niet, maar wel heel vermakelijk. Als je de absurditeit accepteert en je door de schrijver mee laat voeren in zijn fantasie valt er veel te genieten. Het gaat dan puur om de manier waarop hij schrijft. De thematiek is voor veel mannen helaas wel herkenbaar: mannen die zielsveel van een vrouw houden en haar daarna verliezen, ze veranderen in de eenzaamste-man-ter-wereld, mannen zonder vrouw.
Prachtig geschreven, soms ontroerende, maar wel vreemde verhalen.