Kees Schaepman – Dood water. ISBN 978-94-6249-103-8, 141 pagina’s, € 19,95. Zutphen: Walburg Pers 2016.
Ervaren journalist wordt slachtoffer van malaise in de krantenwereld.
Ewald Moester komt uit een rood nest. Zijn vader was PvdA-gemeenteraadslid in Zaandam. Diens netwerk hielp hem aan zijn eerste banen in de journalistiek. Hij klom op tot verslaggever bij een Amsterdams dagblad, reisde naar verschillende brandhaarden in de wereld en werd uiteindelijk chef buitenland. Uit zijn huwelijk met Conny, de dochter van een onverbeterlijke NSB-er die hem twee kinderen schenkt, is langzamerhand alle passie verdwenen, mocht die er ooit geweest zijn en hij beschikt naast de gezinswoning in Haarlem over een appartement in de Jordaan. Tegen zijn zin moet hij zich laten bijscholen en komt daar in gesprek met de zwangere cursusleidster Floor. Twee jaar later belt Floor hem opeens op.
Kees Schaepman (1946) was jarenlang redacteur van Vrij Nederland en daarna verbonden aan de VPRO-radio. Ook werkte hij aan de school van de Journalistiek in Utrecht. Hij heeft verschillende boeken geschreven, onder andere over zijn eigen verleden is verslaggever.
Dit boek speelt zich af aan het eind van de vorige eeuw. Kennelijk hadden de kranten het toen al moeilijk, want vanwege de toenemende verliezen moest er destijds al worden afgeslankt en ingekrompen. We lezen hoe Moester hiermee te maken krijgt. Hem wordt een bureaufunctie aangeboden. Geen wonder, vindt het kersverse vriendinnetje van zijn zoon: Ze zegt dat papieren kranten iets uit jouw tijd waren, ‘inkt op dode bomen smeren’, noemt ze het.
Tegelijkertijd krijgt hij aan stormachtige relatie met Floor en vertelt Conny hem dat ze al jarenlang een verhouding heeft met haar zakenpartner en wil scheiden. Ewald lijkt alles gelijkmatig te ondergaan, het overkomt hem en hij verwerkt alles in het café met een kopstoot, en dan nog maar eentje, en nog eentje. Regelmatig ploft hij ladderzat in bed. Maar er overkomen hem ook regelmatig leuke aanbiedingen voor ander werk en die grijpt hij dan meestal aan. Floor wil dat hij zijn lot in eigen handen neemt en zich uit ‘het stilstaande water’ bevrijdt.
De auteur kent het journalistenmilieu door en door en maakt er de lezer deelgenoot van. De gezelligheid bij Scheltema, de pleiserplaats van journalistiek Nederland en de vrij losse seksuele moraal worden goed weergegeven. Maar voor wat hoort wat. Een dame met wie Ewald ooit een one night stand heeft gehad, rekent op een aanbeveling voor een baan en krijgt die ook. Later wil ze nog een keer hulp, maar heeft wel babbels: Bovendien wil ik alleen voor de VPRO of de VARA werken…
Het fraai geschetste beeld van Welmoed Strikwerda ‘programmamaker bij de Wereldomroep en nog altijd niet met pensioen gestuurd’ met haar schelle stem, die ‘dezelfde verontwaardigde toon had als haar schrijfsels’ zal bij velen associaties met een of andere bestaande persoon oproepen.
In slechts 141 pagina’s zet de schrijver een complete roman neer. Knap.
Mooi tijdsbeeld met een teder liefdesverhaal.