Homer Hickam – Albert moet naar huis. Een min of meer waar verhaal over een man, zijn vrouw en haar alligator. Vertaald uit het Engels (Carrying Albert Home. The Somewwhat True Story of a Man, His wife and Her Alligator) door Erica van Rijsewijk. ISBN 978-94-027-0740-3, 383 pagina’s, € 19,95. Amsterdam: HarperCollins 2016.
Absurdistisch verhaal over twee jonge mensen die met, behulp van alligator Albert, hun liefde op de proef stellen.
Als kind hoorde schrijver Homer junior af en toe een flard van een merkwaardige familielegende: in 1935 zouden zijn ouders Elsie en Homer samen per oude Buick een grote alligator in een badkuip hebben vervoerd naar Florida, een reis van 1200 kilometer. De alligator Albert was ooit, als schattig 12 centimeter klein beest, het huwelijkscadeau geweest van een oude liefde van zijn moeder. Elsie was dol op het dier. Maar Albert groeide stevig uit. Hij woonde in de badkuip, kreeg een vijver in de tuin en was helemaal niet gesteld op zijn concurrent Homer. Nadat Albert hem heeft aangevallen, stelt Homer het ultimatum hij eruit of ik eruit. Elsie kiest vol leedwezen voor het vertrek van Albert, maar eist wel dat ze hem samen naar het warme Florida gaan brengen, 1200 km verderop. Homer gaat overstag.
Dat is het begin van een amusante, gevaarlijke, absurde, wonderlijke en absoluut krankzinnige reis. Want nadat mijnwerkers-voorman Homer de kwestie heeft voorgelegd aan zijn baas, de Kapitein, geeft deze hem meteen twee weken vakantie en een lening van 100 dollar. Deze trip, aldus de Kapitein, moet te maken hebben met kismet. Dat houdt in dat er in het leven soms dingen worden gevraagd die nergens op lijken te slaan maar voor de kosmos zin hebben. Deze reis zou waarschijnlijk Homers kans zijn om te leren wat de zin der dingen was. Bijvoorbeeld om te ontdekken wat hij en Elsie als stel voor elkaar betekenden.
Homer Hickam (1943) doet in zijn vierde (succes)roman verslag van de reis van zijn echte ouders Homer en Elsie. Maar zoals het wel vaker gaat met verhalen waarop de vertellers met weemoed, heimwee en plezier terugzien is ook dit verhaal ‘aangekleed’.
In een interview zegt de auteur dan ook: Dit verhaal is een min of meer waargebeurde familielegende waarvan ik graag zeg dat alles waar is, behalve die delen die niet waar zijn en die toch ook waar zijn. Voor Homer (junior) is het belangrijkste dat hij wil laten zien hoe en waarom zijn ouders – achterin het boek staan prachtige foto’s waarop Albert trouwens ontbreekt – zestig jaar bij elkaar bleven, terwijl ze het bijna nooit met elkaar eens waren.
Albert is dus de metafoor van de liefde. Een ontzettend grappige metafoor. Want Homer junior laat, via de terugreis van Albert, zien dat het huwelijksleven van zijn ouders werd geteisterd door storm en regen, om uiteindelijk toch terecht te komen in de zon van Florida. De twee raken betrokken bij een bankoverval, Elsie wordt ingezet als smokkelaar, ze komen in een orkaan terecht. Albert raakt gewond, Elsie wordt verpleegster. Het is allemaal erg veel om mee te maken in twee weken vakantietijd, maar die tijd wordt dan ook – door alle fantasieën achteraf – flink opgerekt.
Het boek is amusant, hilarisch, vertederend. Doet af en toe denken aan De reis van Pi (Life of Pi) maar toch… af en toe, werd het mij iets te veel van het goede. Een paar avonturen minder had de relatie van Homer en Elsie niet minder hecht gemaakt.
Deze ‘klassieke driehoeksverhouding met alligator’, zoals het verhaal wordt getypeerd, is en blijft desondanks een charmant verhaal. Een familie-epos voor iedereen die het leven graag ziet als een sprookje dat eindigt op ‘lang en gelukkig’.
Een echt ontspanningsboek voor de vakantie.