Miriam Merzbacher-Blumenthal – Een meisje uit Berlijn. Vertaald uit het Engels en uit het Duits door Anne Stoffel. ISBN 978-90-824288-3-4. 49 pagina’s, €8,90. Amsterdam: De Wilde Tomaat 2016.
Ontroerende miniaturen over een jeugd in oorlogstijd.
De familie Blumenthal woont in Berlijn als Hitler zijn vernietigende blik op de joden richt. Miriams ouders besluiten uit Duitsland te vertrekken, het wordt er te gevaarlijk. Voor Hitler hen in zijn klauwen krijgt moeten ze het land uit zijn. Het gezin verhuist naar Amsterdam. Zoals we nu weten, was dat ook geen veilige plek.
Miriams broer Peter wordt in 1941 bij een razzia op straat weggevoerd. Over zijn lot heerst lange tijd onzekerheid. Vader wordt later opgepakt en sterft in Auschwitz. Moeder en Miriam komen in Westerbork en later in Theresienstadt terecht, maar overleven de oorlog.
Vele jaren na de oorlog – in de jaren negentig – begon Miriam af en toe een herinnering op te schrijven. Ze schrijft de ene keer in het Duits, haar moedertaal, dan weer in het Engels, de taal van de VS, het veilige nieuwe land waar zij nu woont.
Miriam Merzbacher-Blumenthal (1927) schreef deze kleine verhaaltjes aanvankelijk voor de privékring. In de oorspronkelijke talen zijn zij (nog) niet gepubliceerd. Daarmee ‘debuteert’ de schrijfster in het land waarnaar ze in 1937 verhuisde. Het land, waar haar vader en haar geliefde broer Peter verdwenen.
Dit boekje bevat twaalf ragfijne miniaturen. Stuk voor stuk sfeerbeelden, tekeningen van het leven van alledag gezien door de ogen van een tienermeisje dat geen kind mag zijn, dat haar illusies verliest en haar onbevangenheid kwijtraakt. De oude dame die Miriam nu is geeft dat meisje gevoel voor poëzie, een scherp oog voor details en een grote liefde voor haar oudere broer Peter, die ze zo plotseling kwijt raakt.
Alle verhaaltjes zijn aangrijpend, mooi, treurig, weemoedig. Het mooist zijn die over Peter. Een heel aangrijpend voorbeeld is Krantenfoto. Na Peters verdwijning komt de jonge Miriam de huiskamer binnen en ziet haar ouders gebiologeerd staren naar een foto in het Algemeen Handelsblad. Op die foto is een rij mannen te zien, in krijgsgevangenschap in Rusland. Zo te zien hadden zij het niet goed. Maar ze leefden! Vader, moeder, Miriam riepen in koor: Peter! Even delen ze de mening dat ze Peter op die foto zien. Het was maar een korte droom. Toen werd de krant weggelegd en het werd stil in de kamer. Doodstil.
Twaalf pareltjes, samen één juweel.