Peter Theunynck – De Slembroucks. ISBN 978-90-284-2666-5, 158 pagina’s, € 17, 99. Amsterdam: Wereldbibliotheek 2016.
Een Vlaamse familie met twee zoons die moeite hebben met hun liefdesleven en carrière.
Een roman die speelt in de jaren vijftig en handelt over een Vlaamse familie. Een echte verhaallijn is er niet. In de familie is van alles aan de hand. Het gaat om twee gezinnen. Het gezin van René met zijn vrouw Rachel en hun beeldschone dochter Florence. René is een gewiekste zakenman. In de oorlog heeft hij veel verdiend met malafide praktijken. Het andere gezin is dat van zijn broer Arthur, een hardwerkende fietsenmaker. Hij is getrouwd met Solange. Ze hebben twee zoons: Gust en Anton. Solange is gefrustreerd omdat ze met een eenvoudige rijwielhersteller is getrouwd. Zij hoopt op een glanzende carrière voor haar zoons.
Peter Theunynck (1960) is vooral bekend als dichter. Hij publiceerde verschillende dichtbundels. Daarnaast schreef hij de biografie van de Vlaamse dichter Karel van de Woestijne. Dit is zijn romandebuut.
Incest speelt een grote rol in het boek. Rachel is niet de moeder van Solange. De moeder is onbekend, ze is verdwenen of gestorven. Dit is een van de raadsels die opgelost worden in de roman. Gust is hevig verliefd op Solange, maar ze is zijn nicht (of tante?). Een huwelijk is daarom uitgesloten.
In veel Vlaamse streekromans is sprake van conservatieve opvattingen door de rooms-katholieke kerk. Het is opmerkelijk dat we hier bijna alleen tolerante, ruimdenkende geestelijken tegenkomen. Het opmerkelijkst is dat bij nonkel Maurice die pastoor is en een beeldschone jonge huishoudster heeft. Haar ogen waren Finse meren. Haar lippen Turks fruit. Gust treft op school en later op het seminarium priesters aan die hem beroemde boeken uit de wereldliteratuur geven die eigenlijk verboden zijn. Als de rector dit ontdekt wordt hij weggestuurd.
De pastoors in Duivenkerk, de woonplaats van de familie Slembrouck, komen graag op bezoek bij Solange en haar inwonende zuster Antoinette. Zij bakken taarten voor de geestelijken die daar speciaal voor komen. Typisch voor een Vlaamse streekroman. De schrijver beschrijft dit heel geestig. Bijvoorbeeld als hij het heeft over de mening van de vrome dames over seks. Het is toch een vies en onhandig gedoe. Onze-Lieve-Heer had daar toch iets beters voor moeten bedenken, zoals bij de bloemen en de planten. De zonde van het vlees maakt alles kapot. Hoe schoon, hoe rustig zou de wereld niet zijn, als die drang niet bestond.
De roman is vlot geschreven en leest heel prettig. Het verhaal is wel een beetje oppervlakkig. Een gemis is bijvoorbeeld dat je te weinig meedenkt met de hoofdpersonen over de motieven van hun handelen. Gust neemt bijvoorbeeld enkele belangrijke besluiten. Hij wil priester worden, later gaat hij in het leger, maar wij kennen zijn motieven niet.
De stijl is heel goed, bijvoorbeeld als hij een landschap beschrijft. Gust loopt met een koffer naar Oostende. Hij is weggestuurd van het seminarie. De kale populieren stutten als Dorische zuilen het staalblauwe hemelgewelf. De rietkragen wiegen in de wind en de meeuwen drijven als papieren vliegers landinwaarts. Hij voelt zich log en zwaar, niet alleen door de ellendige reiskoffer, maar ook door de rugzak volonzekerheid die hij overal met zich meesleept. Heel mooi is ook de beschrijving van de zee. Elk moment is ze anders. Soms steigert ze en raast ze als een ongetemd paard en soms spint ze als een kat bij het haardvuur. De ene minuut is ze parelmoer, de andere aquamarijn of turkoois. Gisteren was ze puur zilver. Elke dag even mooi.
Veelbelovend romandebuut.