Richard Russo – Empire Falls. Vertaald uit het Engels (Empire Falls) door Sandra van der Ven. ISBN 978-90-5672-553-2, 599 pagina’s, € 12,50. Amsterdam: Signatuur 2016.
Tragikomische belevenissen en noodlottige gebeurtenissen dwingen de inwoners van Empire Falls zich in hun lot te schikken.
De dynastie van de familie Whiting had de inwoners van Empire Falls moeten opstoten in de vaart der volkeren. De Whitings bezaten het mooiste onroerend goed. Zij vestigden een textielfabriek en een overhemdenfabriek. Zij zorgden voor werk, loon, pensioen en zicht op vooruitgang. Het mocht niet zo wezen.
In de 21ste eeuw is er desillusie alom. De fabrieken maken geen winst meer, ze worden verkocht en ontmanteld. De Whiting-dynastie sterft uit. De stamhouder verwekt de verkeerde kinderen, verblijft liever in Mexico en schiet zich bij terugkomst door het hoofd.
Het plaatselijke cafetaria heeft zijn beste tijd gehad, is vervuild en drijft op weinig kapitaalkrachtige habitués. Miles Roby bestiert deze zaak. Hij is gek op z’n zestienjarige dochter Tick. Zijn vrouw Janine wil van hem scheiden om te trouwen met sportschoolhouder Walt Comeau. Miles heeft een eigenaardige relatie met Francine Whiting en haar gehandicapte dochter Cindy, de erfgenaam van het Whiting-kapitaal. Zijn intense liefde voor de gezette buffetjuffrouw Candice loopt helaas op niets uit.
Het kleine stadje wordt geterroriseerd door de familie Minty. Grootvader was een oplichter, vader Jimmy is een corrupte sheriff en zoon Zack is op school de grootste pestkop. Zack en Tick waren een stel, maar Tick heeft het uitgemaakt. Zij ontfermt zich over een autistische jongen.
Miles heeft een afschuwelijke vader Max en een jongere broer die onder invloed een ernstig auto-ongeluk heeft gehad. Hij heeft een lamme arm.
Er is ook een café waar Bea de scepter zwaait, de moeder van Janine die van Miles gaat scheiden. Haar zoon Billy overleed op zijn negentiende toen zijn autokrik losschoot en de carrosserie z’n gezicht verbrijzelde.
In de kerk houdt pastoor Mark liberale preken, maar in de pastorie woont ook de vroegere pastoor Tom die dementeert en daarom regelmatig blasfemeert en flink in de gaten moet worden gehouden. Op zeker moment loopt hij in zijn blote kont naar buiten. En zo zijn er nog wat dorpsidioten die voor opschudding zorgen.
Richard Russo (1949) kreeg voor dit boek de Pulitzer Prijs voor literatuur. Het werk werd in een miniserie verfilmd. Het is een vuistdikke dorpsroman waarin de bewoners van het stadje hopen op verbetering van hun levensomstandigheden en vergroting van geluk. Helaas schetst de auteur ons hoe zijn romanfiguren zich in het beste geval met hun lot moeten verzoenen. Er valt aan de stroperige naargeestigheid voor niemand te ontsnappen. Dat geldt helaas ook soms voor de lezer, hoewel men af en toe kan worden opgepept door pareltjes van humor: Rector Meyer heeft zo een uitzonderlijk domme uitdrukking op zijn gezicht dat hij doet denken aan een soldaat die aan een parachute midden in het slagveld is gedropt en als opdracht heeft gekregen om een wapen te maken van wat hij ter plekke kan vinden.
Een Nederlandse titel als Dik Trump en zijn dorpsgenoten zou voor de inhoud van deze lijvige, Amerikaanse streekroman zeker dekkend zijn geweest.