Deflo – Tot op het bot. ISBN 978-90-893-1716-2, 291 pagina’s, € 22,95. Gent: Borgerhoff & Lamberigts 2017.
Onderzoek naar een geraffineerde en zeer wrede seriemoordenaar.
Normaal werkt Nadia Mendonck in Mechelen. Ze wordt tijdelijk overgeplaatst naar Antwerpen en is daar niet erg welkom bij haar slecht functionerende collega’s die haar overal buiten laten. Het team onderzoekt de moord op een psychiater en zijn assistente. De moord wordt beschreven door de moordenaar zelf. In een gesprek met de psychiater biecht hij zijn vele moorden op. Hij heeft nauwelijks een motief voor zijn moorden en heeft er ook geen plezier in. Aan het eind van het gesprek vermoordt hij de psychiater en diens assistente, de assistente. Heel geraffineerd verwijdert hij alle sporen. Hij haalt zelfs de kogel uit de schedel. De andere kogel vindt Nadia later in een ventilator. Het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van de verschillende personages. Als de moordenaar aan het woord is weet de lezer niet wie het is. Zijn identiteit wordt pas aan het eind bekend.
Luc Deflo (1958) is een van Belgisch beste thrillerschrijvers. Hij debuteerde in 1999 met Naakte zielen. Vele thrillers volgden. Ook politieromans behoren tot zijn oeuvre. Vaak zijn de Mechelse inspecteurs Nadia Mendonck en Dirk Deleu de hoofdpersonen. Zijn laatste boeken Kick en Macht werden bestsellers.
In deze politieroman is het echte speurderswerk te zien. Onvermoeibaar wordt de plaats delict doorzocht. De technische recherche en, zoals de Vlaming zegt, de wetsdokter gaan bijna wetenschappelijk te werk en zij komen met belangrijke aanwijzingen. Alleen het team heeft met een seriemoordenaar te maken die alle getuigen uitschakelt en alle sporen wist. Nadia ontdekt op camerabeelden in een parkeergarage belangrijke aanwijzingen maar even later is de parkeerwachter vermoord en zijn de camerabeelden verdwenen. Toch maakt ook deze misdadiger een foutje.
Deze politieroman is wel erg hard. De schrijver gaat daarmee tot op het randje. Heel gedetailleerd beschrijft hij bepaalde moorden. Hij beschrijft de angst van de slachtoffers. Sommigen plassen in hun broek. Hij kijkt ze tot het laatst in de ogen en schiet ze dan van dichtbij dood. De schrijver schrikt er ook niet van terug om een kind in een geweldsscène te betrekken.
Heel knap schrijft hij vanuit de vrouwelijke hoofdpersoon Nadia. Haar gedrag en gedachten komen heel natuurlijk over, zowel tegenover haar vriendin en haar dochtertje als ook tegenover enkele mannelijke collega’s die een vrouw erg seksistisch bejegenen. Zij straft seksistisch gedrag op geestige wijze af als zij zich voorstelt. Ik ben D’Hoogh. Hij knipoogde. Zijn waterige ogen schroefden zich vast in haar decolleté. En dit zijn Annemieke en Rozemieke, zei Nadia. Ze stak haar borsten vooruit. Alleen voor mijn ventje.
Deflo schreef weer een politieroman met een knap opgebouwde plot. De lezer blijft tot het laatst in het ongewisse en de ontknoping is zeer verrassend.
Keiharde en zeer spannende politieroman.