Drie generaties tuinders
Aan de hand van een familiegeschiedenis wordt de ontwikkeling van honderd jaar glastuinbouw verteld.
Het verhaal begint met Bram Moerman, de zoon van een groenteteler. Toen hij trouwde, begon hij voor zichzelf. Als een van de eersten begon hij met glastuinderij. Het is dan 1910. Hij krijgt een groot gezin (tien kinderen). Allen werken mee, vooral als er geoogst moet worden, bijvoorbeeld bij het plukken van tomaten. Het boek gaat over de familiegeschiedenis die loopt van 1910 tot 1996, drie generaties en over de ontwikkeling van de glastuinbouw. Er is steeds een voortgaande technische ontwikkeling en er komen voortdurend nieuwe producten. Op de achtergrond speelt ook de geschiedenis: de Eerste Wereldoorlog, de crisistijd, de Tweede Wereldoorlog, de Energiecrisis.
Auteur
Koen van Wijk (1970) groeide op in Berkel en Rodenrijs. Zelf werkte hij aanvankelijk in de kassen. Hij volgde de School voor journalistiek en werd land- en tuinbouwjournalist. In 2013 kreeg hij het idee een boek te schrijven over de familie Moerman. Zijn moeder stamt uit die familie en haar broer was de eerste die hij interviewde. Hij had bijna vier jaar nodig voor het schrijven van dit boek.
Vernieuwingen
De auteur heeft zich grondig verdiept in de materie. Met name de voortdurende ontwikkelingen in de techniek. De familie Moerman was niet bang voor vernieuwing. Dit geldt voor de kasbouw, steeds grotere kassen en betere verwarming en ook voor producten. Het is bijna niet voor te stellen, maar de enkele tuinders die tomaten introduceerden en dat was onder andere Bram Moerman, werden uitgelachen door hun collega’s. Dat gold zeker ook voor paprika’s. Revolutionair was ook de vervanging van teelgrond door steenwol. De schrijver legt heel sterk de nadruk op deze ontwikkelingen. Hij is daarin erg volledig en gedetailleerd. Voor een buitenstaander niet altijd even interessant.
Familiebedrijf
Het tuindersleven was ook een hard leven. Als tuinderszoon was het gewoon om al om vier uur op te staan om de groente te snijden die dezelfde dag naar de veiling moest. Ook de meisjes moesten er aan geloven in de ‘slacampagne’. Ze moesten dan de kroppen sla inpakken. De zussen kregen ijskoude handen van die natte kroppen in de vroege winterochtend. De kinderen kregen nooit geld voor hun arbeid.
Boeren en tuinders
Boeren voelden zich ver verheven boven de stooktuinders. Bram Moerman wilde met een boerendochter trouwen. Ze kregen pas na een lange wachttijd toestemming voor hun huwelijk. Toen dochter Ina met de boerenzoon Jan wilde trouwen wilde deze aanvankelijk geen tuinder worden. Maar omdat het hem niet gelukte om grond te vinden voor een boerderij moest dat toch.
Later kregen de tuinders grote bedrijven en waren ze rijker dan de boeren en dat lieten ze ook zien. Bram Moerman junior reed altijd in een grote Amerikaan, eerst een Oldsmobile, toen een Pontiac Streamliner en weer later een hemelsblauwe Chevrolet.
Arbeidskrachten
Het werken in de glastuinbouw was bij Nederlanders niet populair. Noodgedwongen werd een beroep gedaan op gastarbeiders uit Turkije en Marokko. Vaak waren die arbeiders illegaal. De schrijver gaat heel erg in de verdediging ten opzichte van de tuinders. Ze waren soms gemakzuchtig en onwetend over de status van hun medewerkers. Ze kregen een imagoprobleem: ‘uitbuiters van illegalen’. Er staat verder geen kwaad woord over de tuinders, want het werk moest gedaan worden en op welwillende Nederlanders konden ze lang wachten. Uit onderzoek is gebleken dat de echte uitbuiters de uitzendbureaus (koppelbazen) waren. In het Westland waren er 2000. De tuinders maakten wel gebruik van hun diensten. De kwalijke praktijken van de koppelbazen worden niet vermeld.
Dit is een waardevol boek. We worden zeer vakkundig en volledig ingelicht over de glazen stad. De streek komt naar voren als een voorbeeld van Nederlandse ondernemersgeest, iets om trots op te zijn. Tegelijkertijd krijgen we inzicht in de tradities en gewoonten van dit bevolkingsdeel. Niet minder boeiend is de voortschrijdende geschiedenis en de manier waarop de tuinders reageren op de veranderende omstandigheden.
Heel interessant voor lezers met een agrarische belangstelling.
Koen van Wijk – Land van glas. Een familiegeschiedenis. ISBN 978-94-004-0564-6, 309 pagina’s, € 19,99. Amsterdam: Thomas Rap 2017.