Poolhel in 1859
Walvisjacht in de Noordelijke IJszee eindigt in verdrinking, bevriezing en moord. De scheepsarts gaat achter de schuldigen aan.
Sumner is na onverantwoord gedrag als arts oneervol ontslagen uit het Britse leger. Zijn carrière is verwoest en hij komt als dokter in Engeland haast nergens meer aan de slag. Het lukt hem echter om tegen een lage gage als scheepsarts aan te monsteren op een walvisvaarder in Hull.
Het is 1859. Er worden voor de jacht in het poolgebied nog houten zeilschepen gebruikt. De vangst van de grote dieren valt steeds meer tegen omdat de walvissen zich terugtrekken naar gebieden waar alleen maar stoomboten kunnen komen. Voor reders is het soms aantrekkelijk als zo’n ouderwets schip na averij zinkt en het verzekeringsgeld kan worden opgestreken.
De Volunteer heeft een bemanning van 30 koppen. Kapitein Brownlee voert het bevel over een groep echte rouwdouwers. Kerels van wie alleen maar verwacht wordt dat ze een harpoen 50 meter ver kunnen gooien.
Dokter Sumner is 27 jaar en schikt zich in het ruwe leven aan boord. Niemand kent zijn verleden en ook niemand is ervan op de hoogte dat hij verslaafd is aan opium. Hiervoor heeft hij in zijn medicijnkist een voorraad laudanum, een opium houdende tinctuur, meegenomen. Aanvankelijk verloopt de tocht voorspoedig. Men slaagt erin flink wat zeehonden te schieten en te meppen. Ook lukt het een paar walvissen te verschalken.
Op zeker moment is één van de drie scheepsjongens zoek. De knaap van dertien wordt verkracht en gewurgd in een ton gevonden. Er volgt een onderzoek en men denkt een schuldige te hebben gevonden. Ondertussen vaart de Volunteer naar noordelijke wateren waar over het algemeen niet veel walvissen verblijven. Wat is kapitein Brownlee van plan?
Auteur
Ian McGuire (1964) werkt als universitair docent in Manchester. Dit boek wordt inmiddels door de BBC bewerkt tot een zesdelige televisieserie. De schrijver weet de barre omstandigheden waaronder de walvisjager hun werk doen op huiveringwekkende wijze te treffen.
Het verhaal wordt helemaal demonisch als de bemanning hun zinkende schip moet verlaten en het gevecht tegen kou en honger apocalyptische vormen begint aan te nemen. Zeker als blijkt dat een andere walvisvaarder die hen zou kunnen redden ook in de golven verdwijnt.
De drang om te overleven is echter heel groot. Men is tot en met bedrog en moord bereid om zijn eigen hachje te redden. Dit levert een thriller op die tot de laatste pagina de lezer op het puntje van zijn stoel zal doen zitten.
Deze ijzige misdaadroman met een spectaculaire ontknoping verdient een warme aanbeveling.
Ian McGuire – Het noordwater. Vertaald uit het Engels ( The Nord Water) door Otto Biersma en Luud Dorresteyn. ISBN 978-90-234-8172-0, 320 pagina’s, € 19,99. Amsterdam: Uitgeverij Cargo 2017.