Over hebzucht en liefde, oorlog en dood
Intriges in zestiende-eeuws Venetië over de rug van twee vrouwen.
Roberto Zenier is het succes niet aan komen waaien. Maar door hard werken en zich veel te ontzeggen is de eenvoudige jongeman op 35-jarige leeftijd een gerespecteerd bevelhebber van de Venetiaanse vloot geworden. Maar als hij zijn adellijke medeburgers aanschouwt bekruipt hem de jaloezie op hun aangeboren klasse. Hij vraagt voor zichzelf ook een titel aan, maar die wordt hem niet geschonken.
Als hij op een avond bij hooggeplaatste Ernesto Gennari wordt geroepen voor een ‘geheim overleg’ hoopt hij dat hij eindelijk bij de adel zal kunnen gaan horen. Gennari echter heeft andere dingen op het oog. Hij wil Zeniers kapitaal. Met dat geld wil hij, weliswaar een edelman maar financieel zo kaal als de neten, een expeditie bekostigen die in de toekomst veel zal gaan opleveren. De jongeman aarzelt, vertrouwt het niet. Maar Gennari zet een hoog ‘ruilmiddel’ in, zijn beeldschone, ingetogen dochter Portia. Hij verkoopt haar niet, maar houdt het jonge meisje als een soort lokaas aan Zenier voor. Deze tuint erin en wordt op slag verliefd. Portia moet niets van hem weten. De jongeman troost zich met Bettina, een vrolijk hoertje dat dol op hem is. Zij bedrijven niet alleen vol vuur de liefde, zij bespioneert ook de ‘hoge heren’ als Zenier dat van haar vraagt.
Op die manier komt de jongeman erachter dat er een clubje edelen buitengewoon vals spel speelt. Hij tracht de schuldigen in een hinderlaag te lokken, maar wordt zelf in elkaar geslagen. Er kloppen allerlei zaken niet. De volgende dag wordt hij bij de kapitein geroepen. Hij moet, met vijf schepen onder zijn beheer, het Griekse havenstadje Paxos op de Turken heroveren. Er zit weinig anders op dan dat bevel op te volgen. Portia en Bettina zullen moeten wachten. Zenier vaart ten oorlog. Wie wat staaltjes middeleeuws oorlogvoeren wil opdoen, wordt tot in de finesses bediend.
Auteur
Sybren Kalkman (1944) was registeraccountant van beroep en dertig jaar partner bij KPMG. Hij debuteerde in 2011 met Struikelbank en won daarmee de Haarlemse debuutprijs. Hij schreef vier financiële thrillers.
In een interview zei de auteur eens: ‘Schrijverschap begint ermee dat je anderen wat te zeggen hebt.’ Hij is lid van de Vereniging Poorters van Venetië, een club die zich inzet voor de restauratie van deze oude stad. Hij schenkt een euro per verkocht boek aan de restauratiekas.
Boodschap
En daarmee kom ik terug op wat de auteur Kalkman met deze historische thriller wil zeggen, namelijk dat Venetië een fascinerende stad is, in vroeger eeuwen en nu. Hij is duidelijk een kenner van de stad en voert zijn lezers mee door de smalle straten en over de wateren. Voorin staat een plattegrond uit 1566, afkomstig uit het Musei Civici di Venetia, her en der staat genummerd waar Zenier zich bevindt, waar geheim overleg plaatsvond, waar het Arsenaal was waar de schepen werden gerepareerd, en waar de Spaanse Ambassade was. Allemaal plaatsen van belang in de context van het verhaal. Maar ook allemaal plaatsen die ook nu niet in verval mogen raken. Dat is de eigenlijke boodschap van het boek.
Het is een interessant en levendig boek over de historie van de stad, maar de thriller die de uitgever de lezers op de kaft belooft is flinterdun, temager.
Wie een boek wil lezen waarin de inwoner van Venetië leeft, stinkt, lawaai maakt, oorlog voert en liefheeft, komt met dit boek aan zijn trekken. Maar verwacht geen historische thriller.
De auteur heeft een vlotte pen, maar had ‘zijn stad’ anders moeten verkopen.
Sybren Kalkman – Venetiaans vuur. ISBN978-94-6297-039-7, 384 pagina’s, €22,50. Amsterdam: Uitgeverij De Kring 2016.