De seringenboom

Zo trots als een pauw op een stoere broer!

Broertje kopen voor wat jongenskoteletjes?

Toon Tellegen had een broer. En niet zo maar een broer. Zijn broer – zes jaar ouder dan Toontje – kon alles, durfde alles, was de beste verhalenverteller, de beste ijsglijder, hij had het luiste luie oog, was handiger dan wie ook, at de meeste boterhammen… ach waarin overtrof hij niet alle jongens van het dorp. Het is dan ook geen wonder dat zijn kleine broertje hem mateloos vereert. Want grote broer nam in al zijn moed zulke immense risico’s, dat het een wonder is dat hij niet jong overleed. Op zijn graf had kunnen staan: Hier ligt x, Het scheelde niks. Hij was de held van het dorp. Toon Tellegen: ‘Veel van wat ik mij herinner, is waargebeurd. Wat er allemaal niet waar is gebeurd, had wel kunnen gebeuren. Mijn broer was een heel bijzonder iemand, niets was voor hem onmogelijk.’

In dit boek haalt Tellegen herinneringen op aan zijn jeugd. Zijn broer overleed in 2016 in Peru, 81 jaar oud. Als zijn kleine broer terugkijkt komt de ene na de andere bijzondere gebeurtenis boven. Zo viel broer eens van een ladder, met zijn hoofd omlaag op de tegels. Het was een harde klap, een hersenschudding was het gevolg. Ieder ander zou lijdzaam in het duister zijn gaan liggen, maar broer niet. Broer begon verhalen te schrijven over een hersenschudding. De hersenschudding had zwarte laarzen, een zak vol handgranaten die hij gratis uitdeelde, ging met een raket naar de maan en veroorzaakte daar een ontploffing die vanaf de aarde te zien was. Aai heette hij, de hersenschudding, broer schreef er geweldig over!

Maar grote broer was niet alleen maar stoer. Hij had ook een schrift waarin hij noteerde welke meisjes hij gezoend had. Ieder meisje één keer, dat vond hij genoeg. Maar Toontje betrapte hem toen hij Jo de Regt zoende, toch voor de tweede keer. Jo moest wel heel bijzonder zijn. ‘Ik dacht: misschien heeft ze een toverbal in haar mond en geeft ze die op die maner aan mijn broer, zonder hem met haar vingers aan te raken.’ Toen Toontje later in het schrift keek, zag hij dat achter Jo’s naam stond: ‘twee keer gezoend’. Jo de Regt. En daarachter met dikke letters en een uitroepteken: ‘per ongeluk!’

Auteur

Toon Tellegen (1941) schrijft proza en poëzie. Zijn ontwapenende en ontroerende dierenverhalen gaan weliswaar over dieren, maar het zijn mensen in dierengedaante. En zo moeten ze ook gelezen worden. Mensen-dieren zijn het, met alle menselijke eigenschappen die lezende mensen binden. Hij ontving de Theo Thijssenprijs, de Hendrik de Vriesprijs en de Constantijn Huygensprijs.

Eigenlijk zou ik, met Toon Tellegen, iedere herinnering aan grote broer met u willen delen. Dat kan natuurlijk niet, daarom moet u het boek zeker lezen.

Maar deze wil ik u niet onthouden. Toontje en zijn broer komen een oude man tegen. ‘Is dat je broertje?’ vraagt de man. ‘Mijn broer tilde me op, hield me met één hand boven zijn hoofd en zei: ‘Kopen?’ De man bood een rijksdaalder en overhandigde die aan broer. Maar die gaf de munt terug: hij was vals. Toch ligt kleine Toon ’s avonds huilend in bed. Stel dat de munt echt was geweest, dat hij mee had gemoeten en dat de man jongetjeskoteletjes en kinderfricandeau van hem had gemaakt… Gelukkig troost broer hem de volgende dag en zegt: ‘Je moet mij nooit geloven. Net als de dominee. Die geloof je toch ook nooit?’

Fantastische herinneringen, gekleurd met wat absurdisme, verrijkt met verering en geschreven zoals alleen deze meester-schrijver het kan. Een prachtig boekje. Geniet met volle teugen.

Toon Tellegen – De seringenboom. Herinneringen aan mijn broer. ISBN 978-90-2140-889-7, 125 pagina’s, €18,99. Amsterdam: Uitgeverij Querido 2018.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Diversen. Bookmark de permalink.