Joodse vluchtelingen stranden voor Cuba
In 1939 loopt een laatste vluchtpoging van Joden om per schip aan de nazi’s te ontsnappen uit op een mislukking. Een hartverscheurend verhaal over verstrooide generaties.
Hannah Rosenthal is twaalf jaar en ziet er met haar blonde haar, haar stompe neusje, witte huid en blauwe ogen uit als een echt Duits meisje. Een foto van haar verschijnt zelfs op de voorkant van het maandblad Das Deutsche Mädel. Maar in 1939 stort haar onbezorgde leven in Berlijn in elkaar. Haar ouders zijn immers onzuiver, net als haar grootouders onzuiveren zijn, zoals de bruten ze noemen. De bruten zijn in Duisland aan de macht en ze willen dat alle onzuiveren het land verlaten.
De ouders van Hannah zijn zeer bemiddeld. Vader Rosenthal slaagt er nog net in voor zijn gezin een passagebiljet te boeken op de SS. St. Louis die hen van Hamburg naar Cuba zal brengen. Ze moeten alles achterlaten. Maximaal tien Reichsmark mag worden meegenomen. Hun appartementencomplex, de schilderijen, het kostbare servies, kostbaarheden, ja alles blijft achter. De bruten zullen het allemaal roven. De onzuiveren mogen blij zijn te hopen het er levend vanaf te brengen.
Op de St. Louis is plaats voor 900 passagiers. Verreweg de meeste willen naar Amerika, maar de Verenigde Staten en Canada houden de grenzen dicht. Voorlopig hebben ze voor een hoog bedrag betaald voor een inreisvisum voor Cuba. Daar wil men wachten op toestemming verder te reizen. Wanneer het schip na twee weken Cuba bereikt hebben nieuwe machtshebbers het plotseling voor het zeggen. Hun peperdure reispapieren zijn waardeloos verklaard. De St. Louis moet terug naar Europa. Slechts enkelen, waaronder Hannah en haar zwangere moeder mogen Cuba in. Beiden zullen Cuba nooit meer verlaten.
In 2014 ontdekt de dan bejaarde Hannah dat in New York een nichtje van haar woont. Het is de twaalfjarige Anna. Samen met haar moeder reist Anna naar de heilstaat van de Castro’s. Foto’s maken duidelijk dat Anna het evenbeeld is van haar tante Hannah, het Duitse meisje. Op Cuba volgt een reconstructie van 75 jaar vluchtelingenleed.
Auteur
Armando Lucas Correa is journalist, auteur en uitgever van het blad People en Español, een Spaans/Amerikaans maandblad met zeven miljoen lezers.
Deze roman is niet alleen een aanklacht tegen het gesol met vluchtelingen, maar ook een vlammend protest tegen alle vormen van rassen- en ideeënzuivering. Na de rampzalige vlucht met de St. Louis zijn vervolgens de gebeurtenissen op Cuba niet mis te verstaan. Nakomelingen van Joodse vluchtelingen blijken onder Castro voldoende gehard in de communistische leer om Jehova’s Getuigen in concentratiekampen onder te brengen.
Dit aangrijpende boek is een goed gedocumenteerde beschrijving van wanhopige vluchtelingen die moeten vrezen voor hun leven. De schrijver slaagt erin de lezer mee te slepen in een spannend verhaal dat ondanks de historische feitelijkheden een relaas vol verrassingen blijkt.
Een overrompelende vertelling.
Armando Lucas Correa – Het Duitse meisje. Vertaald uit het Engels (The German Girl) door Danielle Stensen en Maya Denneman. ISBN 978-90-225-8148-3, 368 pagina’s, € 19,99. Amsterdam: Boekerij 2018.