Kluivende kannibaal
Vreemde epidemie waarbij moordenaars na hun daad zelfmoord plegen. Bij alle vrouwelijke slachtoffers blijkt een onderarm te zijn afgesneden.
Amaia is hoofdinspecteur van politie in Pamplona. Ze is getrouwd met James. Hij is een vrije kunstenaar en kan veel aandacht geven aan de verzorging van hun eerste aanstaande kindje.
Amaia is hoogzwanger. Groot is hun verbazing als, anders dan in de kliniek was gezegd, een jongetje ter wereld komt. De kersverse ouders zijn echter dolblij met hun kindje en noemen hem Ibai.
Terwijl James Ibai met alle zorg omringt, kan Amaia weer snel haar werk oppakken. Dat is hard nodig want er lopen twee belangrijke zaken.
Ten eerste worden er twee vrouwen omgebracht waarna de ene moordenaar zichzelf de keel doorsnijdt en de andere zich verhangt. Tot verbazing van de rechercheurs missen de beide vrouwelijke slachtoffers een onderarm. Die lijken te zijn afgezaagd. Wanneer deze lichaamsdelen worden gevonden treft men aan de stomp de afdrukken van een menselijk gebit. Heeft de moordenaar er aan zitten kluiven of is er sprake van een medeplichtige?
Op de plaats waar de mannen zichzelf van het leven hebben beroofd vindt men als afscheidsbrief alleen het woord Tarttalo. Dit is een mythische figuur die volgens de overlevering mensen eet en hun botten graag demonstratief uitstalt om afgrijzen op te wekken. Wanneer in een grot nog eens twaalf andere mensenarmen worden ontdekt, heeft het team van Amaia daar de handen vol aan.
Ten tweede is een kerk in de buurt ontheiligd door nachtelijke vernielingen. Altaar en doopvont werden zwaar beschadigd. Het liefst zou de Amaia de zaak afdoen als simpel vandalisme, maar tot haar verbazing bemoeit een hoge katholieke prelaat zich met de zaak en eist dat de politie alles zal doen om de daders te pakken.
Het duurt niet lang of beide zaken blijken met elkaar samen te hangen.
Voor Amaia wordt het een lastig onderzoek wanneer in één van de gevonden botten haar DNA wordt gevonden terwijl niemand van haar familie een onderarm mist. Wel draagt haar moeder, die in een psychiatrische inrichting verblijft, een afschuwelijk geheim met zich mee.
Tergend langzaam vordert de jacht op mysterieuze Tarttalo die de gretige tanden zet in menselijke onderarmen.
Auteur
Dolores Redondo (1969) is een Spaanse schrijfster. Dit is het tweede deel van haar Baztán-trilogie en kan los van het eerste deel Beschermengel worden gelezen.
Het verhaal speelt zich af in de vallei van de rivier de Baztán in de Spaanse provincie Navarra. De fraaie beschrijving van de talloze schilderachtige dorpen en middeleeuwse stadjes die deze streek rijk is, dragen bij tot de geheimzinnige sfeer die deze thriller ademt.
Het geheim van de geamputeerde onderarmen wordt uiteindelijk op spectaculaire wijze ontsluierd. Het wordt dan ook duidelijk dat de vergissing in het ziekenhuis ten aanzien van het geslacht van de baby van James en Amaia de plot een onverwachte wending zal geven.
Een overrompelende misdaadroman.
Dolores Redondo – Erfenis van de botten. Vertaald uit het Spaans ( Legado en los huesos) door Jos Kockelkoren. ISBN 978-94-016-0784-1, 495 pagina’s, € 19,99. Amsterdam: Xander Uitgevers BV 2018