Embedded in tehuizen
Herinneringen van Zeeuwse ouderen en van de auteur zelf aan haar jeugd op Walcheren.
Verwacht geen beschrijving van de Zeeuwse steden en landschappen. Het gaat in dit boek echter niet om de provincie Zeeland, maar om het gebied waar de schrijfster zelf gewoond heeft. Ze praat in enkele tehuizen met de bewoners over vroeger. Daarnaast is er ook plaats voor haar persoonlijke herinneringen. Een en ander is met bijpassende foto’s geïllustreerd.
Auteur
Carolijn Visser (1956) bracht een groot deel van haar jeugd door op Walcheren. Ze brak haar studie af om te gaan reizen. Haar oeuvre is zeer omvangrijk: 25 boeken, het meest reisverhalen. Ze heeft speciaal belangstelling voor communistische en postcommunistische samenlevingen als China, Vietnam, Nicaragua en Estland. Bekende boeken zijn: Buigend bamboe, Hoge bomen in Hanoi, De kapers na Miskitia, Argentijnse avonden (Bob den Uylprijs). Voor Selma. Aan Hitler ontsnapt, gevangene van Mao kreeg ze de in 2017 de Libris Geschiedenisprijs.
Opzet
De schrijfster wilde enige tijd terug te keren naar Zeeland, maar dan niet als toerist. Ze wilde onder de mensen zijn. Als oplossing zag ze dat ze een tijdje zou verblijven in een aantal tehuizen voor dementerenden. Die tehuizen bevonden zich op plekken waar haar verleden zich had afgespeeld. Zo kon ze vanuit verschillende perspectieven kijken naar de provincie waarin ze was opgegroeid. Het betrof het plaatsje Kamperland op Noord-Beveland en de Walcherse plaatsen: Domburg en Aagtekerke.
Tehuizen
Embedded gaan, zo wordt de methode genoemd van het bestuderen van in dit geval het leven in een verpleeghuis. Visser was deelnemer, ze woonde er en had omgang met de bewoners. Het resultaat zijn vele schitterende gesprekken over vroeger. Vaak gaat het over Westkapelle. De bombardementen, de overstroming en de evacuatie, de Molukkers die er in barakken verbleven en de schilderes Charley Toorop die ’s zomers in herberg De Valk logeerde.
Een mooi verhaal is dat van Jan die na de oorlog jaren in een bunker woonde. Heel aardig zijn de citaten van het Zeeuwse dialect waarin de meeste gasten spreken. Het is weer een prachtige dag, ei? Dat zunnetje bluuf mae schienen. De schrijfster besteedt ook veel tijd aan de gang van zaken in de tehuizen en het personeel. Dat zijn minder interessante stukken.
Persoonlijke herinneringen
Wat het meest aanspreekt zijn de persoonlijke herinneringen. Carolijns bewondering voor haar ouders, die allebei op school werkten, is groot . Vader gaf les op de kweekschool en moeder op een huishoudschool. Beiden waren idealistisch en hun tijd ver vooruit. Wat op haar veel indruk maakte was de sluiting van het Veerse gat met een caisson, waarvan ze getuige was met haar vader en haar broer.
Later zeilde het gezin met een platbodem regelmatig over het Veerse Meer en genoten ze van het unieke silhouet van Veere. Mooi ook is het verhaal van de demonstratie in 1967. Het ging tegen de Zuid-Afrikaanse apartheid. Leiders uit Zuid-Afrika werden ontvangen in de schouwburg in Middelburg. In de deux-chevaux reden ze naar de schouwburg en toeterden om de beurt: Wij-gaan-door-met-de-strijd! Het leukste verhaal gaat over Carolijn die rondfietste met haar tamme bruine kip Katrien.
Een heel sympathiek en informatief boek over het Zeeland van vroeger. De foto’s zijn zorgvuldig gekozen en passen goed bij de inhoud.
Carolijn Visser – Zeeuws geluk. ISBN 978-90-450-3744-8, 221 pagina’s, € 19,99. Amsterdam: Atlas Contact 2018.