Twee meisjes en ik

Jonge dokter krijgt een speciale band met tienermeisjes

Tussen de regels door.

 Wanneer de verteller zijn vrouw verlaat reist hij af naar Cornwall waar hij zijn intrek neemt in een simpel hotelletje. Daar verblijft ook een vrouw die de zorg heeft voor Juan, een ziekelijk tienermeisje.

Dagelijks ziet de jonge arts de twee op het strand, maar van enig contact geen sprake. Dat verandert als in de buurt een kolonel met zijn drie dochters vakantie houdt. In het hotel logeren ook Cyril, de zoon van de eigenaresse, en zijn oudere vriend.

Met de jongste dochter van de kolonel, de twaalfjarige Ann, sluit Bill, zoals zij de verteller noemt, vriendschap. Samen krijgen ze ook de verzorgster van Juan zo ver dat het meisje mee mag op tochten die Bill in de omgeving met Ann maakt. Er ontstaat een uitzonderlijke vriendschap tussen de drie. Maar wanneer de zomer ten einde loopt, vertrekt eenieder uit Cornwall.

In het tweede deel van het boek verhaalt Bill twintig jaar later over de relatie die hij met de inmiddels volwassen meisjes onderhoudt. De karakters van de vrouwen weerspiegelen, zoals ze destijds waren: Ann, de onbesuisde, en Juan, de bedachtzame.

Wanneer Ann trouwt met Cyril zijn zowel Bill als Juan behoorlijk van slag. Cyril heeft zijn aspiraties om concertpianist te worden niet waargemaakt en Ann leidt in Parijs een armoedig leven met haar zoontje wanneer haar man haar maanden alleen laat.

Auteur

A.H. Nijhoff (Nettie Nijhoff- Wind, 1897-1971) was getrouwd met Martinus Nijhoff. Het huwelijk hield niet lang stand en met haar zoontje vertrok ze naar Parijs, waar ze de Engelse beeldend kunstenares Marlow Moss ontmoette, die haar geliefde werd. Op haar graf staat een beeld dat door Moss is gemaakt.

 

Bill voelt zich geroepen Ann te helpen als ze vertwijfeld op zijn stoep staat omdat ze voor de tweede keer zwanger is van Cyril. Om weer aan te sterken, wordt ze met haar zoontje opgevangen op het landhuis van Juan. Ook Cyril vindt daar even onderdak, totdat hij zich weer misdraagt en na een gesprek met nota bene Juan vertrekt. Het zal de laatste keer zijn dat Bill hem ziet.

Wat in eerste instantie opvalt in deze roman uit 1931 is het woordgebruik, wat logisch is omdat het boek zo’n tachtig jaar geleden geschreven is. Aan de hemel was geen ster te zien en een windeloze zwoelte hing dreigend tussen de schaduwen van de bomen. … Hij liet mij binnengaan in een koele vestibule, waar hij mijn hoed en jas afname en leidde mij door een ruime eetkamer, waar het zonlicht, door brede jaloezieën getemperd warm over een gedekte koffietafel viel, naar de achtertuin.

Tevens worden de problemen die zich in het leven van de hoofdrolspelers afspelen, niet met name genoemd: het drank- en drugsgebruik van Cyril, de lesbische geaardheid van Juan, de abortus van Ann. Het blijft dus lezen tussen de regels door.

Hoewel Bill zich alle moeite getroost om de meisjes tot steun te zijn, blijft hij een wat zwakke figuur. Tot een echt gesprek tussen hem en zijn twee meisjes, door wie hij zijn leven lang geobsedeerd is, wil het maar niet komen.

Voor wie het aandurft een ietwat langdradig, maar toch wel interessant boek.

A.H. Nijhoff – Twee meisjes en ik. ISBN 978-5936-781-4, 283 pagina’s, € 20,99. Amsterdam: Uitgeverij Cossee 2018.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Diversen, Fictie. Bookmark de permalink.