Afrekening onder beulen
Na de Tweede Wereldoorlog vluchten nazi-kopstukken naar Argentinië. Ze nemen de oorlog mee.
Hauptsturmführer Julius Liedtke spreekt zijn mannen toe. Over de steun van de Führer en het vertrouwen dat hij in hen heeft gesteld. Liedtke stampt het erin dat de genade voorbij is en geen enkele Jood gespaard mag worden. Elke levende Jood is een gevaar voor het Germaanse ras. Zijn vrouw Erna Liedtke staat aan zijn zijde. Ze verheugt zich in de woorden van haar man en kan haar opwinding nauwelijks bedwingen. Ongeduldig tikt ze met haar rijzweep tegen de schacht van haar hoge laarzen.
Eden Lumas is een Nederlandse jongen die het avontuur zocht bij de Waffen SS en opeens merkt dat hij in Oost Europa in een afschuwelijke massaslachting terecht is gekomen. Hij wordt gedwongen mee te doen aan het doodschieten van tientallen Joodse mannen, vrouwen en kinderen. In totaal worden ter plekke 60.000 Joden afgemaakt.
Op een gegeven moment geraakt Lumas in een situatie waarin hij merkt dat zich onder de doden nog twee levenden bevinden. Een moeder met kind. Wanneer hij probeert beiden te laten vluchten, duikt opeens Liedtke op. Hij schiet het kind en de moeder neer. Vervolgens neemt hij Eden met zijn zweep ongelooflijk te pakken. Hij wordt voor dood achtergelaten.
Als door een wonder weet Lumas te herstellen en voor de aanstormende Russen naar het westen te vluchten. Hij heeft maar één gedachte, namelijk wraak te nemen op Liedtke. In Berlijn is hij de nazibeul op het spoor, maar het lukt hem niet zich op de massamoordenaar van de Oekraïne te wreken. Uiteindelijk moet hij aannemen dat Liedtke bij de inname van Berlijn door een Russische granaat om het leven is gekomen.
Omdat Edens ouders dood zijn, hij geen verdere familie heeft, als Nederlandse SS’er eigenlijk nergens welkom is en Duitsland in puin ligt, neemt hij de wijk naar Argentinië. Hier wacht hem als gevluchte nazi een welkom in de uitgebreide Duitse gemeenschap. De Argentijnse president Peron kan de Duitsers, ook de nazi’s, goed gebruiken om de welvaart van zijn land te bevorderen. Ze zijn in Argentinië veilig voor vervolging. Eden krijgt een baantje als chauffeur bij een naziorganisatie.
Wanneer Eden bij een vechtpartij het leven van een hoog geplaatste Duitser redt heeft dat verregaande consequenties. Bovendien komt hij er achter dat Erna, de vrouw van Liedtke, zich in Buenos Aires bevindt. Het duurt echter niet lang, of ook de Joodse geheime dienst heeft interesse in de Nederlandse oud-nazi die zoveel krediet bij de Duitsers heeft opgebouwd.
Auteur
Felix Weber (1959) is het pseudoniem van Gauke Andriesse die in 2011 met De handen van Kalman Teller de Gouden Strop won. In 2017 won hij deze prijs voor de tweede keer met Tot stof.
In deze thriller, die voorkomt op de shortlist voor de Gouden Strop 2019, beschrijft hij in soepele flashbacks de fatale gebeurtenissen tijdens de Tweede Wereldoorlog en de manier waarop Eden Lumas verstrikt raakt in een moorddadig complot van fascistische Duitsers en Israëlische nazi-jagers.
De auteur heeft zich uitgebreid georiënteerd waardoor de fictie een sterk realistisch karakter krijgt. De lezer moet wel zijn voorbereid op veel benauwende en sadistische scenes, zowel bij de beschrijvingen van de moord op de Joden als ook wanneer afrekeningen in Argentinië langskomen.
De thriller is uitstekend geschreven en heeft een plot die tot het einde de spanning erin houdt. Geslaagde huiver.
Felix Weber – Genadeschot. ISBN 978-90-225-8380-7, 368 pagina’s, € 19,99. Amsterdam: Boekerij 2019.