Opkomst en ondergang van de dominee van het socialisme
Het tragische verhaal van een politicus die niet van wijken wist terwijl zijn houdbaarheidsdatum allang was verstreken.
Met het proefschrift van Anet Bleich verscheen in 1908 een biografie van oud-premier Joop den Uyl. Hiermee bleek het laatste woord nog niet gezegd over deze politicus, die heftige gevoelens van zowel verering als verguizing opriep bij grote delen van de Nederlandse bevolking. Bleich had den Uyl nog gekend en haar persoonlijke affiniteit voor deze politicus was tussen de regels van het boek door te lezen. De verschijning van het boek bracht destijds een echte hype teweeg. Naar aanleiding daarvan schreef ik destijds in de pers een artikel over de overschatting van Den Uyl door de media toen en nu.
‘Aaibare Den Uyl’
Meer dan tien jaar later verscheen een tweede biografie. Waarom? De auteur vond dat Bleich wel een erg ‘aaibare Den Uyl’ had geschetst en dat hij als machtspoliticus niet uit de verf kwam. Voorts werden naar mijn smaak de ideeën van den Uyl onvoldoende helder beschreven. Zijn nadrukkelijke moralisme en zijn opvallende voorkeur voor collectieve boven private bestedingen bleven onderbelicht. Verder was er weinig aandacht voor de weerzin die hij bij politieke tegenstanders en grote delen van de bevolking wekte, en voor de bijzondere wijze waarop hij zijn aanhangers wist te enthousiasmeren.
Het is interessant in de inleiding te lezen over eerdere pogingen tot een biografie van de auteur en anderen. Zijn stuitten daar onder meer op weinig medewerking van de familie. Zo vond dochter Saskia een opmerking van Gerard Mulder over de biologische vader van Den Uyls vader ‘getuigen van sensatiezucht’. Ze zal dan ook wel niet blij zijn in dit boek te lezen dat haar moeder Elisabeth van Vessem eerst een seksuele relatie had met de uitgever Geert van Oorschot, die ‘van haar af wilde’.
De auteur volgt leven en loopbaan van Den Uyl op de voet. In 30 hoofdstukken zien we de hoofdpersoon achtereenvolgens als de gereformeerde jongeling, journalist, directeur van de Wiardi Beckman Stichting, Kamerlid, wethouder van Amsterdam, minister, partijleider, oppositieleider, premier, wederom oppositieleider, vicepremier en nogmaals oppositieleider. Ook zijn er hoofdstukken gewijd aan de machtsstrijd met Nieuw Links, Keerpunt 1972, de formatie van het kabinet-Den Uyl, de oliecrisis, de onafhankelijkheid van Suriname, de stijl van de premier, de omgang met zijn ministers, de weerzin tegen Den Uyl, de Lockheed-affaire, de val van het kabinet, de treinkapingen, de mislukte formatie van het tweede kabinet-den Uyl en waarom de man veel te lang aanbleef als partijleider.
Auteur
De historicus Dik Verkuil werkt als journalist bij de NOS. Hij schreef niet alleen geschiedenisboeken voor het voortgezet onderwijs, maar ook onder meer een positieve grondhouding. De geschiedenis van het CDA.
Gedreven of drammer?
Zoals uit de titel blijkt vindt de auteur Den Uyls gedrevenheid van bijzonder belang. Daar wordt overigens ook verschillend over gedacht. Zo vertelde oud-premier Piet de Jong mij ooit: Sommigen vonden De Uyl gedreven, maar ik vond het meer een drammer. Die gedrevenheid verklaart volgens de schrijver voor een belangrijk deel zijn succes en zijn mislukking. Hij bepleitte consequent de economische groei in de eerste plaats aan de politieke voorzieningen ten goede te laten komen, en niet aan de particuliere welvaart…
In het hoofdstuk Van den Uyl krijg ik persoonlijk hevige jeuk werd de door half Nederland gedeelde aversie tegen Den Uyl, uiteraard ruimhartig gesteund door de Telegraaf, met verschillende smakelijke en smakeloze anekdotes gedemonstreerd. Een boze middenstander: Zaak te koop wegens Joop.
De invoering van de ook toen onpopulaire snelheidslimiet van 100 km per uur gaf aanleiding tot veel bumperstickers met de tekst Ik rij 100 als den Uyl opdondert.
Houdbaarheidsdatum lang overschreden
Volgens de schrijver hielpen zijn gedrevenheid en politieke handigheid hem in het Catshuis te komen en als premier was hij in urgente kwesties, zoals de Lockheed-crisis, niet onsuccesvol. Daarna was eigenlijk zijn tijd voorbij, maar hij wilde dat niet toegeven en bleef zich als een drenkeling vastklampen aan de mogelijkheid van een tweede kabinet. Volgens de auteur had hij veel eerder moeten opstappen, zeker na de val van het tweede kabinet-Van Agt. Maar hij zag niet in dat zijn tijd voorbij was. Met zijn vertrek had hij een goed gebaar kunnen maken en zijn partij en zijn land een dienst kunnen bewijzen, maar hij waande zichzelf onmisbaar, Zo werd Nederland getuige van een pijnlijke zelfdestructie.
Visionair denker
In zijn milde eindoordeel noemt de schrijver Den Uyl de enige Nederlandse minister-president die een visionair denker was. Den Uyl vertegenwoordigde … iets wat de PvdA, links en de politiek in het algemeen in deze tijd missen… Hij wist jongeren en ouderen en hoogopgeleiden en laagopgeleiden te verenigen en de maatschappelijke onvrede in democratische banen te leiden. Hij was de laatste PvdA-leider die groot vertrouwen wekte bij de intellectuele bovenlaag én bij de arbeidersaanhang. Tot de dag van vandaag doet niemand hem dat na.
Deze goed leesbare biografie draagt zeker bij tot nuancering van het beeld van de markante politicus Joop den Uyl.
Dik Verkuil – De gedrevene. Joop den Uyl 1919-1987. ISBN 978-90-468-2564-8, 462 pagina’s, € 35,00. Amsterdam: Nieuw Amsterdam 2019.
NB Een iets ingekorte versie van deze recensie verschijnt ongeveer tegelijkertijd in Bestuursforum.