Drents dwaallicht
Vele jaren gijzelt een vader zijn kinderen in een boerderij. Na negen jaar onder de radar te hebben geleefd zoekt de oudste zoon hulp en ontdekt de politie vijf angstige kinderen aan het bed van hun door een beroerte getroffen vader.
Timotheüs, een metgezel en medewerker van de apostel Paulus, waarschuwde bijna 2000 jaar geleden in de Bijbel: (…) in latere tijden zullen sommigen afvallig worden van het geloof en zullen zich wenden tot misleidende geesten en leringen van demonen (…)
Na kennisneming van de feiten is er weinig fantasie voor nodig om Gerrit Jan van D. te scharen onder de club die Timotheüs op de korrel heeft.
Gerrit Jan wordt in 1952 nabij Zwolle geboren. Hij geldt als rebels, vroegwijs en is al in zijn pubertijd gevoelig voor eigenzinnige spirituele denkbeelden. Het is het begin van een zoektocht om zijn leven zowel praktisch als geestelijk naar eigen religieus inzicht vorm te geven.
De eerste belangrijke stap is zijn aansluiting bij de leer van de Koreaan Sun Myung Moon, leider van een sekte die in de jaren zeventig ook in ons land opgang doet. Zijn volgelingen, de Moonies komen vooral in de publiciteit vanwege de massale onderlinge trouwpartijen. Ze zijn bedoeld als vervulling van het leven van Jezus die niet in de gelegenheid was te trouwen. Ook Gerrit Jan trouwt. Het huwelijk loopt snel spaak. Uiteindelijk verlaat hij met enkele Oostenrijkse vrienden de kerk van de ‘Dikkop’, zoals hij leider Moon noemt.
Vervolgens doet hij verschillende pogingen om zelfstandig en naar eigen geloof een leven te leiden zoals hem dat door God wordt ingegeven. Een ecologisch bestaan op een aangekocht stuk grond mislukt, bemoeienissen met de Vrije School waarop zijn kinderen zitten lopen af met knallende ruzie en ook een opgezette nering in verantwoord speelgoed verdraagt geen lang leven.
Gerrit Jan verlangde al jaren naar een geschikte vrouw. Hij zal uiteindelijk van één van zijn Oostenrijkse vrienden, Hermann, diens vrouw Magdalena aftroggelen door een bizarre geestelijke goocheltruc. Na de scheiding van zijn vrouw meende Gerrit Jan dat hij geestelijk getrouwd was met nota bene Hye Jin, de oudste dochter van ‘Dikkop’ Moon. Het kind was in 1964 als baby van acht dagen gestorven en doolde sindsdien rond. Volgens Gerrit Jan was Hye Jin duizenden jaren geleden verkracht en vermoord door de toen ook al eens vlees geworden Hitler. Hij laat Hye Jin incarneren in Magdalena die hij van Hermann overneemt.
In 2004 sterft Magdalena alias Hye Jin aan darmkanker. Omdat er geen andere geschikte vrouw voor incarnatie van Hye Jin in voorraad blijkt, verordonneert Gerrit Jan dat zij incarneert in zijn eigen dochters met wie hij vervolgens intiem is.
In 2009 schrijft Gerrit Jan zich met zijn zes minderjarige kinderen uit bij de gemeente en gaat wonen in een boerderij in Ruinerwold. Vader en de zes kinderen lijken van de aardbodem verdwenen. Zijn discipel Josef is de officiële huurder. De hoeve wordt omgebouwd tot een ecologisch fort met een verborgen ruimte om als onderduik te dienen bij ongewenst bezoek. Josef is het enige kanaal met de buitenwereld. Vader verbiedt de kinderen de hoeve te verlaten. Met geestelijke indoctrinatie en strenge straffen houdt hij de wind eronder. Pas in 2019 verlaat de 25-jarige oudste zoon ’s nachts het terrein en zoekt hulp. De vader is inmiddels door een beroerte uiterst hulpbehoevend geworden.
Auteurs
Silvan Schoonhoven (1974) en Marcel Vink (1973) zijn verslaggevers bij de Telegraaf. Zij beschrijven in dit boek de geschiedenis van een godsdienst-waanzinnige die zijn kinderen meenam in een religieuze gijzeling waaruit zij op maandag 14 oktober 2019 om kwart voor elf werden bevrijd.
Het is een verbijsterend verhaal dat door de meeslepende verteltrant en het helder in kaart brengen van een bizarre aaneenschakeling van warrigheid en onzin een verdiend journalistiek compliment verdient.
Een boek voor iedereen die nu eens het naadje van de kous wil weten.
Silvan Schoonhoven & Marcel Vink – Spookhoeve Ruinerwold. ISBN 978-90-468-2686-7, 176 pagina’s, € 15,00. Amsterdam: Nieuw Amsterdam 2020.