Inktzwarte verslagen vanuit de nacht
Zelfvernietiging kent geen recept. Wie ooit heeft overwogen een eind te maken aan zijn leven heeft talloze mogelijkheden daartoe langs het geestesoog zien trekken. Spring onder de trein, stort jezelf van een berg, loop de snelweg op in het donker… Het is zo gebeurd. Maar wie zichzelf zo vernietigt baart weinig meer opzien dan welk ander lijk ook.
Daarom besluit ‘de verslaggever’ zijn eind opzienbarend te maken. Hij gaat aan de drank, aan de sigaretten, de coke, eet zo ongezond mogelijk, op die manier is hij doende de zelfvernietiging lang te laten duren en bovendien – want hij is schrijver tenslotte – er kond van te doen aan derden. Hij legt zijn zelfvernietiging vast in ongedateerde dagboeknotities. Dat zijn geen vrolijke verhalen, dat moge duidelijk zijn.
Hij gaat liever door eigen hand ‘naar de klote’ dan dat hij door een ander vernietigd wordt. Hij is bang voor de Ander. Ooit werd hij door een ex aangeklaagd voor verkrachting. Na die aanklacht volgden de rechtsgang. Een dreigende publiciteitsgolf maakte hem kapot. In die zaak ligt de basis van een permanente faalangst. Hij mag een succesvol schrijver zijn, wie wil kan hem met pek en veren overladen. Zuipen en snuiven moeten hem redden. Daarin zoekt hij vergetelheid, en als het niet anders kan de dood. ‘Ik heb gezopen als een kabeljauw, gesnoven als een stofzuiger, uiteraard allemaal bijzonder feestelijk, en toen de zak (een grote) met cocaïne leeg was, ben ik tabletten rilatine gaan pletten in een vijzel en heb ik die door mijn neus gejaagd. (…) Het is genoeg geweest, en ik besef het al enkele maanden. Ik moet weg uit de stad.’ Pijnlijk nauwkeurig noteert hij waar hij de zijpaden inslaat, waar hij zijn nek dreigt te breken. Een pikzwarte leegte hangt om hem heen, is er niemand die hem wil redden? ‘De verte is nooit veilig’.
Auteur
Dimitri Verhulst (1972) schreef romans, korte verhalen, gedichten, essays en toneelstukken. Hij debuteerde in 1992 met de eigen uitgave Assevrijdag. Daarna, vanaf 1999 publiceerde hij boek na boek en wist steeds opnieuw daarmee tenminste een nominatie, maar vaak een literaire prijs te behalen. In 2015 vroeg de Stichting CPNB hem het boekenweekgeschenk te schrijven. Dat werd De zomer hou je ook niet tegen. Voor zijn toenmalige uitgever Contact schreef hij in 2005 het jaarboek met de veelzeggende titel Boekendiefstal is een zegen voor de middenstand. In 2009 won hij de Libris Literatuur Prijs.
Eigenlijk zijn we van Verhulst tot nu toe niet zulke inktzwarte boeken gewend als deze dagboeknotities. Persoonlijk, rauw, eerlijk, bijna een navolging van Jeroen Brouwers. Hij bewondert deze schrijver, dat moge ook duidelijk zijn uit de Laudatio voor Jeroen Brouwers, die hij uitsprak bij de presentatie van diens boek Het Hout tijdens de viering van zijn 50-jarig schrijverschap.
Dit boek is een bekentenis en een liefdesverklaring. Het verhaal van een auteur die zijn weg zoekt op duistere wegen en als de dood is dat hij opzij wordt gezet, dat de nieuwe liefde hem weer zal verlaten.
Indrukwekkend.
Dimitri Verhulst – Onze verslaggever in de leegte. ISBN 978-90-830459-1-7. 167 pagina’s, €19,99. Amsterdam: Uitgeverij Pluim 2020.