Ontkenning van de werkelijkheid
Ori Sandberg, Nederlander in een Duitse militie, probeert in april 1945 Berlijn te ontvluchten, achtervolgd door de fanatieke nazi Van Pappen. Als hij in juli 1974 met zijn dochter het Wereldkampioenschap Voetbal bezoekt haalt het verleden hem in.
De Tweede Wereldoorlog was voor veel Nederlanders een traumatische ervaring. Die ervaring kwam bij velen weer bovendrijven tijdens het Wereldkampioenschap Voetbal van 1974. Uw recensent heeft het aan den lijve meegemaakt toen hij met zijn vader de finale Nederland-Duitsland bekeek. De Schwalbe waarmee Hölzenbein Nederland de titel ontstal zorgde voor toename van de anti-Duitse gevoelens in ons land. (Pas na de revanche van 1988 konden de betrekkingen tussen beide landen worden genormaliseerd.)
In deze context speelt dit boek zich af. De hoofdpersoon Ori Sandberg bevindt zich afwisselend als jongeman in april 1945 in Berlijn en in juli 1974 als 70-jarige met zijn dochter in de Bondsrepubliek, op weg naar de finale in München.
In het Berlijn van 1945 heeft Ori geen zin meer in vechten, maar dat wordt hem niet in dank afgenomen. Hij komt zelfs in de gevangenis, waar hij een geheimzinnige kaart in handen krijgt. Van Pappen wil die kaart coute que coute in handen krijgen en blijft hem stug achtervolgen. En dan komen de Russen…
In 1974 verblijft Ori met zijn 28jarige dochter Liv eerst in Heidelberg en later in Münchem, waar ze wedstrijd van Nederland tegen Brazilië en de finale tegen Duitsland willen bezoeken. Ori kent Liv nauwelijks, want hij heeft haar moeder verlaten toen ze drie was. Onlangs is ze plotseling opgedoken. Hij weet eigenlijk niet wat hij met haar aan moet. Enerzijds koestert hij best vaderlijke gevoelens, maar anderzijds ergert hij zich aan haar nieuwsgierigheid (net haar moeder), want hij wil zijn oorlogsverleden niet met haar delen. Heeft zij een verborgen agenda?
Ori heeft de kaart bij zich en dan treft hij ook Von Pappen weer, die nog steeds verbeten op zoek is naar de kaart…
Auteur
Rudolf Bijlsma heeft tot nu toe vijf romans geschreven. Hij werkt artistiek samen met Ruud Verheijen. Samen maken ze hoorspelen, audioshows en videofilms. Ook zingt hij zijn eigen liedjes.
De kracht van dit boek is de beklemmende sfeertekening. De Duitsers komen er niet goed vanaf. De nazimentaliteit tiert ook nog welig in 1974.
Het is die typische ontkenning van de wekelijkheid die Ori vaak bij het Duitse leger heeft gezien en die hij zowel vervloekt als bewondert. Ze blijven het proberen omdat ze ervan uitgaan dat hun wil sterker is dan de realiteit.
Ook ontbreekt de humor niet. Een brede, bebaarde man strekt uitnodigend zijn armen uit. Ori laat zich kussen op beide wangen. De man ruikt naar worst. Aan zijn baard kleven mosterd en de restanten van het papier waarmee hij de worst verorberd heeft…
Aan het eind snap je de titel: ‘Heb je spijt van je rol in de oorlog?’ vraagt Ori. “Soms,’, zegt Von Pappen. ‘Alleen op slechte dagen’.
Die sfeertekening is de kracht van het boek. Het verhaal vind ik persoonlijk te vaag. De lezer moet te veel raden. Wat is er met Ori gebeurd tussen 1945 en 1974? Waarom is de persoon van Liv niet wat meer uitgediept?
Een dat ook na lezing nog blijft intrigeren.
Rudolf Bijlsma – Alleen op slechte dagen. ISBN 978-94-6365-235-3, 230 pagina’s, € 19,50. Leuuwarden: Uitgeverij Elikser 2020.