Kreeg Vincents jongste broer een schilderij van de schilder cadeau?
Cor van Gogh en Breitners muze emigreerden naar Zuid-Afrika.
In 1888 en 1889 schilderde Vincent van Gogh zijn wereldberoemde serie Zonnebloemen. Zeven doeken, de een nog stralender dan de andere. In datzelfde jaar 1889, emigreerde Vincents ‘kleine broertje’, het 13 jaar jongere nakomertje Cornelis van Gogh naar de Transvaal in Zuid-Afrika. Dat deden veel Nederlanders in die tijd. Ze hoopten op een beter leven. Onder hen waren ook Jacobus Swierstra, insectenkundige, en de zusjes Geesje en Niesje Kwak. Geesje was als ‘het meisje in kimono’ jaren model voor de schilder George Hendrik Breitner (1857-1923). Cor, Jacobus, Geesje en Niesje ontmoeten elkaar in Zuid-Afrika en er ontstaat een warme vriendschap. Als in 1899 de Tweede Boerenoorlog uitbreekt, brengt Cor zijn huisraad tijdelijk onder in het museum waar Jacobus werkt.
Vele jaren later is emigrantendochter Aafke op zoek naar het schilderij met de zonnebloemen dat in haar jeugd op moeders kamer hing. Ze vermoedt dat Cor, toen hij ging emigreren, van broer Vincent een Zonnebloemen-schilderij heeft meegekregen om zijn huis op te fleuren, net zoals Vincent zelf in Zuid-Frankrijk deed bij het Gele Huis. In dat geval zouden er dus geen zeven, maar ácht Zonnebloemen-doeken zijn! Maar bewijzen kan ze het niet. Want waar is het doek gebleven? Haar moeder is al vele jaren dood, vader Jacobus kan na een hersenbloeding niet meer spreken. Ze verdiept zich in het verleden, komt dingen tegen waarvan ze nooit het bestaan heeft vermoed. En hoort verhalen die haar leren waarom haar moeder zo depressief was. Vader Jacobus zwijgt. De dood van zijn grote liefde, Aafkes moeder, heeft hem volledig veranderd en hij werd van een jonge optimist een somber, gesloten man, hertrouwd met een verzuurde Duitse dame.
Auteur
Pauline Vijverberg (Tokio, 1964) woonde een groot deel van haar leven in het buitenland. In 2000 verhuisde ze met man en vier kinderen naar Johannesburg. Ze debuteerde met het Engelstalige Alexine, later ook in Nederland uitgegeven. In 2017 en 2018 volgden Het suikervogeltje en Onder de vlinderboom. Haar boeken gaan over krachtige vrouwen in Zuid-Afrika en Nederland. De Boerenoorlog speelt een rol in de geschiedenis én in de wijze waarop die generaties lang in latere levens doorwerkt.
Het is niet alles Zuid-Afrika wat de klok slaat. Juist de mix met Nederland maakt van het boek een monument vol herkenning. Zo is er het jonge meisje Geesje Kwak – haar grote droom is hoedenontwerpster te worden – dat beeldend vertelt over haar poseersessies voor Breitner. Geesje was een Amsterdams kind van lage komaf, haar dienstje bracht amper geld op. Ze wilde sparen om naar het beloofde land, naar Zuid-Afrika te gaan, om daar voor deftige dames hoeden te gaan maken. Als de schilder Breitner haar veertig gulden biedt voor een poseersessie, terwijl ze nu één gulden per dag verdient, gaat ze al snel overstag. Zo wordt ze Breitners muze en stapt de opwindende, vreemde wereld van verf en canvas binnen. De doeken van het jonge ‘meisje in kimono’ oogsten ieders bewondering.
Ze zijn echter niet zo beroemd als Van Goghs zeven Zonnebloemen. En hoe zit dat met het achtste doek, het exemplaar waarnaar Aafke op zoek is? Hoe die zoektocht afloopt laten we graag aan de lezer.
De achtste Zonnebloemen is een fraai geschreven en verrukkelijk boek. Poëtisch op zijn tijd, invoelend, soms huiveringwekkend, zó beeldend geschreven dat je de geur van het land ruikt, de vogels, insecten en bloemen ziet, de kleuren voor je ogen dansen. Je bent ook aanwezig op het bloedige slagveld van de Boerenoorlog, een oorlog waarvan we te weinig weten en die veel levens eiste. Er lopen verschillende verhaallijnen door elkaar, maar omdat die haast ‘familie’ van elkaar zijn, zorgen ze niet voor verwarring. Knap gecomponeerd.
Wat mij betreft is dit boek een echte uitschieter. Wie op deze manier een historische roman schrijft laat de geschiedenis herleven en dát is de bedoeling van de bevlogen historieschrijver. De liefdesroman binnen dit verhaal verbindt de diverse delen.
Zet dit boek maar vast op de lijst van genomineerden voor de Libris Geschiedenis Prijs van het komende jaar.
Pauline Vijverberg – De achtste Zonnebloemen. De zoektocht naar Van Goghs verdwenen schilderij. ISBN 978-90-8975-769-2, 368 pagina’s, €22,50. Meppel: Just Publishers 2020.