Een obsessieve onmogelijke liefde
Op een boerderij woont een veertienjarig meisje met haar vader en haar broer. Ze ondervindt weinig liefde van hen. Van de veearts, die regelmatig op bezoek komt, krijgt ze alle aandacht. Langzaam groeien ze naar elkaar toe en ontstaat tussen hen een liefdesrelatie.
Het verhaal van het meisje Jas uit De avond is ongemak krijgt in deze roman een vervolg. Ze is nu veertien. In dit boek is ze overigens naamloos. Ze rouwt nog steeds om haar verongelukte broer en om haar moeder die het gezin heeft verlaten. Deze personen worden aangeduid als ‘de verlorene’ en de ‘verlatene’.
De veearts uit de eerste roman is nu de hoofdpersoon en verteller. Hij was het die kwam zeggen dat haar broer was verongelukt. Ook toen was hij al verliefd en noemde haar het mooiste meisje dat hij kende. Hij was de enige die haar vroeg hoe het met haar ging. Ook nu heeft hij zorg voor haar. Hij vervangt haar afstandelijke vader. Zo beschouwt zij hem ook. Ze drukt zich graag behoeftig tegen hem aan om liefde en bescherming te ervaren. Pas later krijgt hun omgang een erotische spanning.
Auteur
Marieke Lucas Rijneveld (1991) is een zeer succesvolle dichteres en romanschrijfster. Voor haar eerste dichtbundel Kalfsvlies kreeg ze de C. Buddinghprijs. Haar tweede poëziebundel Fantoommerrie werd bekroond met de Ida Gerhardt-prijs. Haar debuutroman De avond is ongemak werd een groot succes. Met de vertaalde versie The discomfort of evening kreeg zij als eerste Nederlandse schrijver de International Booker Price. Ze werkt naast het schrijven tweemaal per week bij een melkveebedrijf.
Mede door het beladen onderwerp is het moeilijk deze roman objectief te beoordelen. Immers het gaat om een Lolita-achtig boek, de liefdesrelatie tussen een oudere man en een meisje van veertien. Pedofilie is zonder twijfel een zeer omstreden verschijnsel. Toch weet de auteur door haar superieure, zeer literaire stijl je als lezer te binden, je moet wel doorlezen ondanks de groeiende weerzin tegenover de hoofdpersoon. Het is trouwens bijzonder knap hoe deze, jonge vrouwelijke auteur zo in de huid kan kruipen van haar mannelijke hoofdpersoon.
In de hele roman zijn we getuige van de heftige tweestrijd die zich afspeelt in de denkwereld van veearts Kurt. Aan de ene kant is hij oprecht vertederd en verliefd. Hij verzint talrijke koosnaampjes voor haar, zijn lieve gunsteling. Aan de andere kant is er toch al snel de begeerte. Daar voelt Kurt zich schuldig over en hij vecht er tegen, maar zijn verlangen laat zich niet onderdrukken. Het feit dat hij al vroeg een matras koopt voor in de achterbak van zijn auto bewijst wel dat hij doelbewust bezig is om een liefdesnestje te bouwen. Zowel vrolijkheid als walging voelt hij over wat hij in zijn achterbak meevoert. Hij zet zijn plannen door, ook al wordt de liefde ontdekt omdat de broer het dagboek van zijn zus steelt. Hij ontzegt de veearts de toegang tot de boerderij en informeert ook Camillia, de echtgenote van Kurt. Tegenover haar bezweert hij de relatie te stoppen, maar stiekem gaat alles door.
Omdat Kurt de verteller is weten we vaak niet wat de vrouwelijke hoofpersoon denkt en ervaart. Misschien had de schrijver het perspectief kunnen wisselen. We krijgen nu alleen informatie door middel van de verhalen van haar aan Koert. Het mooie van de relatie is dat zij goed kunnen praten over muziek, boeken, films en theater. Talrijk zijn de citaten uit songs en boeken (wel bijzonder voor een meisje van veertien). Ook zijn er weer de nodige Bijbelteksten. Het is ontroerend te zien hoe Kurt mee kan gaan in haar rijke fantasie.
Een probleem voor onze vrouwelijke hoofdpersoon is de kwestie: ben ik een meisje of ben ik een jongen. In het begin stoeide ze met jongens en heeft ze zelfs een kortstondige verhouding met de oudste zoon van Kurt. Ze heeft veel interesse in de geslachtsdelen van de jongens die op speelse wijze als ‘geweitjes’ worden aangeduid. Het lijkt er op dat ze jaloers is en ernaar verlangt zelf een geweitje te krijgen (Freud: penisnijd?). Haar verlangen gaat zo ver dat ze hoopte dat God, als ze vrij van zonden zou zijn, zo lief zou zijn om een geweitje te scheppen, dat was alles dat ze van Hem zou vragen.
Ondanks het minder aantrekkelijke onderwerp wordt er ook veel aan gedaan om begrip te kweken voor Kurt. Er is ten eerste het verhaal van zijn jeugd. Zelf werd hij als veertienjarige enige tijd misbruikt door zijn moeder. Het zorgde ervoor dat hij op liefdesgebied een veertienjarige bleef. De spannende puberteit had hij nooit meegemaakt. Dit vormde een verzachtende omstandigheid voor zijn verboden liefde. Ook dat hij nooit dwang uitoefende.
De dader krijgt overigens zijn straf. Een Bijbeltekst maakt duidelijk dat het kwade altijd aan het licht komt. En er is niets bedekt, dat niet zal ontdekt worden, en verborgen, dat niet zal geweten worden (Lucas 12:2).
Een superieure roman.
Marieke Lucas Rijneveld – Mijn lieve gunsteling. ISBN 978-90-254-7014-2, 363 pagina’s, € 24,99. Amsterdam: Atlas Contact 2020.