Balkan beeldboek
De hemel beware ons als de Europese Gemeenschap het voormalige Joegoslavië achterna gaat.
‘Weet je wat Balkan betekent? Het komt uit het Turks. Bal betekent honing en kan bloed.’ Zo vertelt de Albanese Ajla en ze glimlacht. ‘Wij zijn het land van bloed en honing.’, zegt ze, ‘Als je honger hebt, zal iedereen je een stuk brood geven te eten geven. Dat is de honing. De andere kant is dat we altijd vechten. Elke generatie maakt een keer oorlog mee. Dat is het bloed.’
Joegoslavië, wat betekent Zuid-Slavië in tegenstelling tot de noord Slavische volken als Polen, Tsjechen en Slowaken, herinneren we ons als de communistische dictatuur van president Josip Broz Tito. Hij hield het land van 1953 tot 1980 in zijn greep. Tito beheerde de erfenis van zijn succesvolle partizanenstrijd tegen de nazi’s, brak met Moskou en voerde een onafhankelijk bewind waarbij nationalistische romantiek met ijzeren vuist buiten de deur werd gehouden.
Joegoslavië, dat met de val van het Ottomaanse (Turkse) rijk na 1922 verlost werd van de meeste Turken, bleek na de Tweede Wereldoorlog en na Tito een lappendeken van culturen, religies en vooral ambities. Na de val van de Berlijnse muur in 1989 begonnen, zo’n 1500 kilometer verderop naar het zuidoosten, Blut und Boden-aspiraties zonder terughoudendheid op te spelen.
De daarop volgende Balkanoorlogen leidden uiteindelijk tot een EG-lidmaatschap van Slovenië en Kroatië, het terugfluiten van de territoriumdrift der Serven en het islamiseren van Bosnië. De Albanese diaspora blijkt een tot op heden onoplosbare kwestie en Macedonië tobt nog steeds met een verweesde identiteit.
Auteurs
Nicole Segers (1960) is documentair fotograaf en Irene van der Linde (1963) is historicus en redacteur bij De Groene Amsterdammer. Beide trokken over de Balkan waar de kruitdampen allengs zijn neergeslagen.
‘Daar, bij Travnik, de oude hoofdstad van het Ottomaanse rijk op de Balkan, begon de gekte,‘ zo vertelt de Kroatische Tomica, Elk dorp had een eigen legertje, ze waren overal tegen: tegen de Kroatische president Tudjman, tegen de Bosnische president Izetbegovic, tegen de Servische president Milosovic, tegen de opperbevelhebber van de Bosnisch-Servische troepen Mladic. Het was dorp tegen dorp.’
Nu ze bij de EG zijn zegt Tomica: ‘We hebben hier in Kroatië altijd problemen met de B’s in onze geschiedenis. Eerst Boedapest, toen Berlijn, toen Belgrado en nu komt Brussel erbij…
Tijdens de reis grijpen de reportages van Van der Linde en Segers regelmatig naar de strot. Het gaat dan niet alleen over de genocide van Srebrenica, maar over vele moordpartijen. Iemand verzuchtte: ‘Woonde ik maar in Zwitserland waar ik een normaal kansrijk leven zou hebben gehad.’
Veel indruk maakt de slag om Vukovar in 1991 waarbij duizenden Kroaten omkwamen, als ook het bedrieglijke filmdecor Dubrovnik, de hardnekkige haat tussen katholieken en moslims in Mostar of het drama Sarajevo. Voor de oorlog zag deze stad met gemengde culturen eruit als een gekostumeerd bal, met als bliktrekker een Turkse bazaar vol prachtige prints en heldere kleuren.
In Servië heerst nog immer ongeloof en onbegrip over het verlies van Kosovo als een open wond. Nog meer naar het zuiden waart de droom van een Groot-Albanië en het smachten naar een waardige identiteit van Macedonië.
De Balkan kraakt nog steeds onder de romantische nationalistische gevoelens. Levensgevaarlijk, zoals we nu weten en ook een bedreiging voor de interne EG waar Vlaanderen en Catalonië met hetzelfde worstelen. Zelfs ‘hele’ landen als Hongarije en Polen met een verscheurd verleden, lijden eraan.
Bloed en honing is een prachtig reisverhaal in woord en beeld over een recente Europese stammenstrijd. Nu de overlevenden en hun kinderen de wonden likken en plannen maken voor de toekomst blijkt dit vaak een Europese droom. Deze journalistieke en fotografische uitgave van ontmoetingen op de grenzen van de Balkan is meer dan waardig om hartstochtelijk mee te leven.
Irene van der Linde en Nicole Segers – Bloed en honing. ISBN 978-90-244-3212-7, 680 pagina’s, € 44,90 hard cover (€ 19,99 paperback verschijnt mei 2021), Amsterdam: Boom Uitgevers 2020.
De recensent reisde in 1979 enkele weken door het vroegere Joegoslavië.