Louterend leven
Autobiografie van een psycholoog die inzicht geeft in belangrijke frustraties en blokkades bij het zoeken naar een leven zonder angst.
Peter Vlerkoorde werd geboren in 1941. Boven hem waren een broer en een zus, na hem kwam nog een broertje. Uit zijn jeugd kan hij zich geen vader herinneren of het moest dat grote geheim zijn, waarover nooit werd gesproken of, en dat leek nog erger, de onbesproken vader was niet eens zijn vader. Wat betreft het onderwerp ‘de verdwenen vader’ als gezinstaboe, daarover kwam op den duur toch duidelijkheid. Het gezin had immers op Dolle Dinsdag de benen genomen naar Duitsland. Dat kon maar één ding betekenen.
Toch had Peter er in zijn jeugd niet veel last van gehad. Het had tenminste erger gekund, maar gelukkig stonden zijn grootouders van moeders zijde in de volksbuurt bekend als warme aanhangers van het Huis van Oranje. Toch wilde moeder haar kinderen zoveel mogelijk bescherming bieden en deed ze hen op een school ver uit de buurt.
Peter beleefde een jeugd van armoe. Het was opgroeien in een sociale onderklasse. Een alleenstaande werkende moeder die ’s morgens om 6.00 uur het huis verliet om te werken en er ’s avonds om 19.00 uur weer in kwam. Beperkt warm eten voor de kinderen en in huis nergens warm water. Petroleumpitten fungeerden als kachel. Ook de buurt was een harde leerschool, want het gezin van Peter was niet het enige dat zo sappelde. Het enige wat meezat, was zijn goed stel hersens en het geluk op de HBS terecht te komen.
Zo begint de carrière van iemand die met vallen en opstaan uiteindelijk als psycholoog niet alleen zichzelf en zijn partner, maar ook zijn cliënten zal helpen de blokkades naar vrijheid en geluk te slechten. De auteur Peter S. Vlerkoorde (1941) noemt het een zoektocht naar leven zonder angst en blij zijn met jezelf. Dit is zijn autobiografie.
Dat gaat niet zomaar. Peter faalt bij het eindexamen en zal later de moed hebben weer in de schoolbanken te kruipen. Daarna wacht hem een jarenlang bestaan dat als een tweesporenland wordt geschetst. In de eerste plaats zijn maatschappelijke carrière van twaalf ambachten en dertien ongelukken waarbij naast militaire dienst, een zeemansloopbaan en nog meer zijn werk bij uitgeverijen opvallen. Telkens weer verandert Peter van baan. Niet omdat hij faalt in zijn werk, maar omdat zijn karakterstructuur dwars ligt.
Het tweede spoor is het liefdesspoor. Een eerste huwelijk waaruit twee kinderen komen, strandt. Zijn tweede huwelijk met Helena zal een zoontje brengen. Zowel Helena als hij volbrengen de studie psychologie. In de jaren die volgen blijken beiden nog erg veel oud zeer van vroeger te moeten herstellen of van zich af te moeten werpen.
Het leven van Peter en Helena is rusteloos. Beiden worden soms ongewenst aangedreven door wat ‘demonen’ worden genoemd. De demon van Peter is haat, aangevuurd door faalangst omdat opklimmen op de maatschappelijke ladder en het zich losmaken van je milieu veel onzekerheden met zich brengt. De demon van Helena is schaamte, aangevuurd door schuldgevoel niet te voldoen aan de verwachtingen van haar moeder die als boze genius fungeert. Bij Peter is het de onzichtbare vader met wie hij moet afrekenen.
De basisemotie is vrijwel altijd angst. Teneinde daarvan vrij te komen is liefde en blijdschap om jezelf, de enige weg naar geluk.
Uiteraard is dit boek een persoonlijk getuigschrift. Het is lezenswaardig, omdat de auteur met nauwgezette eerlijkheid tot zijn inzichten komt.
Peter Vlerkoorde heeft een buitengewoon interessant leven geleid. Hij heeft bijna de hele wereld bereisd en op talloze plaatsen gewoond. Naast de worsteling met psychische problemen die zwaar verankerd blijken in de seksuele beleving behoeft men zich geen moment te vervelen. De wat stijve manier van schrijven zal de lezer beslist voor lief nemen.
Mag ik het klokhuis? is een steunende levensschets die af en toe jaloers maakt.
Peter S. Vlerkoorde – Mag ik het klokhuis? Een zoektocht naar vrijheid. ISBN 978-94-6365-317-6, 316 pagina’s, € 1995, Leeuwarden: Uitgeverij Elikser 2021.