Lesbisch paradijs
Twee vrouwen, gehuwd en moeder, ontmoeten elkaar. Tussen hen ontstaat een heel gepassioneerde relatie.
Het echtpaar Zwanet Vrauwdeunt en Albert Egbert heeft twee kinderen. Albert heeft al sinds zijn jeugd een vriendin. Hij wil dat Zwanet en zijn vriendin Corinne kennismaken met elkaar. Waarschijnlijk was het zijn bedoeling om een triootje te organiseren. Aanvankelijk verlopen de gesprekken tussen de dames nog wat stroef, maar in de loop van de avond vallen ze als een blok voor elkaar. Al gauw belanden ze in bed. Echtgenoot Albert wordt aan de kant gezet en mag alleen gluren door het sleutelgat. Geleidelijk ontdekken ze samen de geneugten van de vrouwenliefde. Het gaat niet alleen om een zeer bevredigende seksuele relatie, maar er ontstaat ook een diepe liefde. Het is Zwanet die na twintig jaar verslag doet van deze relatie.
Naast de relatie tussen Zwanet en Corinne is er ook de verhaallijn over de merkwaardige vrouw Pijkel. Zwanet heeft een baan bij de GG&GD. Zij moet op onderzoek uit als er melding wordt gemaakt van huizen waar stank uitkomt door zwaar verwaarloosde en vervuilde bewoners. Een andere oorzaak van stankoverlast kan de aanwezigheid van een dood lichaam zijn. In dit verhaal gaat het om een huis waar zich een dode man bevindt en ook nog een zwaar gestoorde vrouw. De vrouw gedraagt zich als een dier: ze kruipt over de grond, ze bijt en gromt en praat niet. Zwanet trekt zich het lot van deze vrouw aan. Ze zorgt voor plaatsing in een inrichting en behandeling door een goede psychiater. Dan is er ook nog Tibbolt Satink, een vreemde jongen die ook voor de nodige raadsels zorgt. Hij is de schoonzoon van Corinne. Van der Heijden verbindt met deze persoon zijn beide eerdere romanreeksen.
Auteur
A.F.Th. van der Heijden (1951) is een zeer gerenommeerde Nederlandse schrijver. Hij is de auteur van een groot en breed opgezet oeuvre waarin twee grote romancycli de essentie vormen: De tandeloze tijd en Homo duplex. Zijn roman Het schervengericht werd in 2007 bekroond met de AKO Literatuurprijs hij kreeg nog talrijke andere prijzen, waaronder de Constantijn Huygensprijs voor zijn hele oeuvre en de P.C. Hooftprijs. In 2010 verongelukte zijn zoon Tonio. Ter verwerking van dit verlies schreef hij de requiemroman Tonio. Van der Heijden leidt sinds de dood van zijn zoon het leven van een heremiet. Zijn schrijfwerk gaat wel door. Stemvorken is deel 8 van de reeks De tandeloze tijd.
Het grootste gedeelte van de roman is gewijd aan de vrijpartijen van de twee vriendinnen. Het is ongelofelijk hoe de schrijver hier als man zo over kan schrijven. De vrouwenlichamen worden tot in detail beschreven, evenals hun seksuele handelingen. Alles wat vrouwen kunnen doen om elkaar of zichzelf te bevredigen komt aan de orde met alle geuren, smaken en geluiden. Een klein voorbeeld: In de aanloop naar het kritieke moment produceerde ze korte, scherpe snurkgeluidjes. En slaakte toen een smartelijk loeiende zucht, als een misthoorn. Ze raken steeds bedrevener in het liefdesspel wat tot gevolg heeft dat de orgasmes steeds intenser worden. Overigens het woord ‘orgasme’ is denk ik het meest voorkomende woord in de roman. Het is allemaal te veel van het ‘goede’. Te veel, te vaak, te expliciet en door de vele herhalingen zo nu en dan saai.
Gelukkig zorgen de nevenintriges voor meer handeling. Het verhaal van Pijkel die zich als een tijgervrouw gedraagt is nogal ver gezocht en de rol van Zwanet wat onduidelijk. Het is vreemd dat zij als buitenstaander altijd toegelaten wordt in de inrichting, zelfs in gezelschap van haar vriendin. De behandeling is ook heel apart zeker als Tibbolt Pijkel als therapie bezoekt en seks met haar heeft in aanwezigheid van Zwanet en de psychiater. Overigens Tibbolt is ook een wonderlijke figuur. We komen hem eerst tegen als charmante en deskundige boekverkoper. Maar hij werkt ook als gigolo en is bovendien een Feijenoordhooligan.
Desalniettemin hebben we hier te maken met een meesterlijke schrijver, wat duidelijk blijkt uit de superieure stijl. Zelfs bij de seksscenes gebruikt Van der Heijden mooie metaforen. Wat de inhoud ten goede komt zijn de tussentijdse beschouwingen over allerlei onderwerpen. Een ander pluspunt is de psychologische diepgang en dan vooral de karakterontwikkeling. Heel goed wordt het geleidelijke proces beschreven van vriendschap naar liefde. Bijzonder is ook dat de erotiek verbonden is met de liefde. Het gaat niet alleen om de seks maar er is ook sprake van een grote genegenheid, een unieke liefde.
A.F.Th. van der Heijden – Stemvorken. De tandeloze tijd. ISBN 978-90-214-2229-9, 888 pagina’s, € 29,99. Amsterdam: Querido 2021.