De afbrokkeling van de macht
Geheim leven geheime dood.
Wanneer op 22 juli 1974 een arbeider op de werf van de premetrowerken van Antwerpen een chique rode handtas vindt en de politie daarvan in kennis stelt concluderen de speurders al snel dat het gaat om de tas van de verdwenen Rina Torfs. Haar verdwijning was bekend nadat zij kort daarvoor niet was komen opdagen op de ‘zondag van de literatuur’ waar ze als hoogleraar Franse letteren een lezing zou houden over haar specialisme: de Franse auteur Marcel Proust. Diens wereldberoemde boek À la recherche du temps perdu lijkt nu ook zijn specialist mee in die verloren tijd te sleuren.
Het publiek was verontwaardigd geweest over het feit dat Rina Torfs niet was verschenen. Maar de hoogleraar was sinds die dag helemaal nergens meer verschenen. Zij had geen teken van leven meer gegeven. De recherche start een onderzoek en komt terecht bij een heel vroege liefde van Rina, Valère Vaerten. Na de universiteit waren hun wegen uiteengelopen, maar Valère kan de recherche toch enige nuttige wenken geven. Als de dienaren van Hermandad, het vaste duo Jos Daalder en Marjan De Munck, zijn aanwijzingen volgen, ontdekken zij dat de professor een tweede opzienbarend leven leidde, fascinerend, duister en vol zwarte hartstocht. De rechercheurs storten zich vol overgave op het onderzoek.
Maar dan verdwijnt ook Valère Vaerten. En er verdwijnen nóg meer mensen. De machtige, corrupte en steenrijke familie Torfs lijkt aan de basis te liggen van een bestaan en een complete wereld vol verloedering, afbrokkeling, aftakeling en veel kwaad dat lange armen en scherpe klauwen heeft.
De ‘swinging seventies’ worden scherp getekend. Wie Antwerpenkenner is herkent, wie vreemd is in de havenstad leert de stad nu kennen met de couleur locale van de jaren zeventig waar Ferre Grignard zijn liederen zingt en De Muze als jazzcafé nostalgische herinneringen oproept evenals het hippe café De groene Michel. Toprestaurant La Rade heeft nú weliswaar de deuren moeten sluiten maar ontving toen nog met grandeur haar gasten. En de ‘rue vaseline’, de straat waar sinds jaar en dag de homo’s flaneren en die in De verdwijningen een heel eigen rol speelt, kent het eeuwig leven. Dat was de stad waar niet alleen Rina, maar ook anderen op geheimzinnige wijze verdwenen, voorgoed.
Auteur
Patrick Conrad (1945) is schrijver, beeldend kunstenaar en filmregisseur. Hij debuteerde in 1963 met een dichtbundel die meteen in de prijzen viel. In 1971 verscheen zijn eerste roman De kleine dood van Kasper Q. en in 1994 zijn eerste thriller Limousine. In totaal schreef hij twintig romans en regisseerde twintig tv- en bioscoopfilms. Zijn beelden werk is veel geëxposeerd. Conrad kreeg veel prijzen. In 2007 ontving hij de Diamanten Kogel, hij werd tweemaal genomineerd voor de Hercule Poirotpijs.
Een heerlijke misdaadroman. Ik ken Antwerpen niet tot in de kieren en stegen, maar bezocht de stad vaak, en dat was voldoende om me als lezer te kunnen inleven in de entourage die Conrad op poten zet. Tenslotte zijn de jaren zeventig in België weinig afwijkend van die in Nederland: losse zeden, losse mores, vrijheid als hoogste vertier.
Een misdaadroman als een film, beeldend en knap geschreven.
Patrick Conrad – De verdwijningen. ISBN 9 789-4643-400-44. 320 pagina’s, €22,50. Antwerpen – Uitgeverij Vrijdag 2021.