Onvoorwaardelijke vriendschap
Twee vrienden op ontdekkingsreis.
De twee vrienden Elias en Magnus beginnen aan een lange voetreis door een aantal zeer verschillende landschappen. Alles bevindt zich in een fantasiewereld. Ze reizen achtereenvolgend naar Het Dorp, Het Bos, Het Klooster, De Stad, Het Woud, De Berg. Vaak heerst er een sprookjesachtige sfeer, waarin weinig concrete gebeurtenissen plaatsvinden en de hoofdpersoon veel waarneemt en veel overpeinst. In het grootste gedeelte van het verhaal zijn de vrienden onderweg, meestal lopend met een rugzak. Dat lopen is eindeloos: We bleven lopen. Minuten. Uren. Eindeloos.
Magnus loopt steeds voorop, hij kent de route en wil perse het einddoel halen. Ze slapen vaak in de open lucht of in primitieve tentjes. Het klooster en de stad bieden wat afwisseling tegenover al die natuurbeschrijvingen. Soms zijn er heftige gebeurtenissen. Magnus laat Elias van grote hoogte abseilen. Elias durft het omdat hij alle vertrouwen heeft in Magnus. In het Woud worden ze overvallen door een enorme lange regenbui. Bladzijden lang wordt dat knap beschreven, het is heel beangstigend. Na het Woud wil Magnus alleen verder. Als Elias alleen is krijgt hij een enorme huilbui. Ook deze wordt bladzijden lang beschreven. Aangrijpend, maar wel wat te veel tranen.
Auteur
Splinter Chabot (1996) is de derde zoon van de schrijver Bart Chabot. Hij studeerde politicologie en theaterwetenschap. Hij is schrijver, politicoloog, programmamaker en presentator. Zijn debuutroman Confettiregen was direct al een succes. Uit de vele reacties ontstond Roze brieven. Bij de televisie heeft hij zijn eigen talkshow SPLNTR.
De vriendschap van Elias en Magnus is merkwaardig. Elias voelt zich zeer ondergeschikt en is heel afhankelijk. Magnus is degene die aanbeden en bewonderd wordt. Hij neemt alle beslissingen die door Elias blindelings aanvaard worden. Magnus lijkt een ernstige figuur, maar in het hoofdstuk de Stad feest hij er op los, met vrouwen. Elias heeft daar geen moeite mee. Magnus van zijn kant is heel lief voor Elias. De vriendschap verandert wel in een liefdesverhouding met veel geknuffel en soms seks. Splinter beschrijft dit op zeer romantische wijze, van enige grofheid is geen sprake.
Deze roman is heel merkwaardig. Er gebeurt heel weinig, maar de sprookjesachtige sfeer weet je toch mee te slepen. Echter, er is ook veel wat irriteert. Naast het gewone vertellen vond de schrijver het nodig om heel veel metaforen en personificaties te gebruiken, wat heel vermoeiend is. Enkele voorbeelden: De muziek die even daarvoor als een dreigend roofdier over het terras had geslopen, was nu het zwijgen opgelegd – Resten van zijn leven lagen als kledingstukken door de woonkamer verspreid – Boven op de heuvel was het stil. Alsof iemand al wiegend de straten, het pleintje en het kasteel in slaap had doen dommelen. Hij maakt ook vaak gebruik van herhalingen, dit geeft soms een poëtisch effect, maar het verhaal stagneert weer. Hij vond het ook nodig om tientallen nieuwe woorden te gebruiken: woudhout, wensput, boomrustig, uitroeptekenkracht, stiltemist (=zwijgen). Heel vaak spreekt Elias over de maan, de zon en de sterren. Een sterrenherder leek de sterren als stille schapen bij elkaar te hebben gedreven, en tevreden stonden ze nu in de nachtlucht te grazen – De maan was inmiddels door de nacht gestolen – Hoog in de lucht had de zon haar plek ingenomen, alsof ze door een haastige koets naar haar vaste plek in de hemel was gebracht en daar nu koninklijk was uitgestapt.
Helaas is deze roman, vooral door het taalgebruik, niet helemaal geslaagd. Het kernverhaal is ontroerend, maar verstopt in te veel mooischrijverij.
Splinter Chabot – als de Hemel genoeg ruimte heeft. ISBN 978-94-6381-126-2, 570 pagina’s, € 24,99. Amsterdam: Uitgeverij Podium 2022.