Eenzame Barend keert weer tot stof
Kluizenaarsbroer omringd door porno gestorven.
Als Charlotte en haar zus A. op 29 december 2001 te horen krijgen dat broer Barend dood op bed gevonden is en inmiddels door de politie ‘afgevoerd wegens voortschrijdend bederf’, komt dat nieuws niet onverwacht. Barend zondert zich al jaren af, hij leeft als een kluizenaar in het ouderlijk huis op de Utrechtse Nieuwegracht en ze had al enige jaren geen contact meer met hem.
Ooit, had ze gedacht, zou ze over hem schrijven. Maar als ze over haar broer wilde schrijven werd ze bevangen door onmacht, een onmacht die ze vertaalde in afkeer voor het liegbeest, de rukker, de dief van het huiszilver, de voyeur, de vernieler, de driftkop, de broer die dreigde met zelfmoord. Waarom zou ze zich bezighouden met die broer, die Kleingeist, ze hield toch van grandeur? Maar als haar dan later Barends vriendelijkheid, brille, humor en attenties te binnen schoten, wist ze weer dat ze toch van hem hield.
En nu is Barend dood en zij en haar zus krijgen van zijn huisbaas slechts twee maanden tijd om zijn woonruimte leeg te halen. Er staat de gezusters een karwei te wachten, dat niet alleen Barends persoonlijkheid maar ook hun eigen verleden naar boven zal halen. Ze beginnen manmoedig aan het karwei – Barends lijklucht hangt nog in huis – en worden geconfronteerd met een kluizenaar die ze niet kenden.
Charlotte en A. werken het huis kamer voor kamer af. Barend, ruim zeven jaar jonger dan zij, bleef voor altijd op de Nieuwegracht wonen. Totdat ook hij er het leven liet, het leven dat hij zelf had willen verlaten. Eindelijk zal ze Barend gaan begrijpen, denkt Charlotte. Maar het gaat haar niet echt lukken.
De broer die op 51-jarige leeftijd stierf was volstrekt wereldvreemd. Zo was hij, ontdekt zijn zus, nooit voorgelicht door zijn moeder. Ze legt uit dat voorlichten niet alleen met seks te maken heeft, maar ook en vooral dat je leert hoe je schoon moet maken en hoe je jezelf en je boeltje een beetje knap houdt. Stof en vuil zijn sluipmoordenaars die je decorum vernietigen. En dat was precies wat ze bij Barend hadden gedaan. Alles in de woonruimte ligt bedolven onder een grijze laag stof, in de slaapvertrekken ligt een gigantische berg stinkende vuile kleding want Barend waste niet, maar wierp zijn vuile kleren af zoals een slang zijn huid en verving ze simpelweg door nieuwe. Tussen de groeiende bergen wasgoed door had Barend geleefd, steeds eenzamer, steeds ‘onmenselijker’. In de slaapkamer vindt zijn zuster op de vloer ook een grote hoeveelheid vunzige pornofoto’s, Bernards gezelschap als hij dagelijks masturbeerde. De makke van masturbatie is dat je niet lief en aanhalig voor jezelf kunt zijn, zegt Charlotte. Meelij met haar broer bevangt haar.
Auteur
Charlotte Mutsaers (1942) is schrijfster, beeldend kunstenaar, dierenliefhebber en ‘forever young’. Ze ontving in 2010 voor haar gehele oeuvre de P.C. Hooft-prijs. Ze woont afwisselend in Amsterdam, Oostende en Frankrijk.
Boedelruimen heeft wel iets van gratis shoppen, ontdekken de zussen. Maar omdat elk voorwerp apart bekeken dient te worden en vaak weer herinneringen en zelfonderzoek oproept is het een karwei dat tijd vergt. Sommige dingen willen de zussen zelf houden, andere spullen zijn rijp voor de verkoop. Uit een afrekening ontdekt Charlotte dat Barend maandelijks veel geld uitgaf aan de glossy pornobladen. Ze besluit ze in de verkoop te doen en ontvangt er €5000 voor. Een volstrekt waardeloos gevonden voorwerp, maar wel een dat Bernard portretteerde, is een mannetje van geknipte stukjes Hansaplast, waaronder broerlief met hanenpoten ‘IK’ heeft geschreven. ‘Roze, slap, gezichtloos, zo zag Bernard zichzelf,’ denkt zijn zus.
Na verschijning van het boek ontstond er een kleine rel over het feit dat de schrijfster de verzameling porno voor €5000 had verkocht. Zij zou schuldig zijn aan een misdrijf. Maar de auteur houdt staande dat dit boek over Barend ook verzonnen details bevat. Het is immers een roman? Dan had zij ook het recht om waarheid en fictie te mengen.
Boeiend, absurd, tragisch en mooi.
Charlotte Mutsaers – Harnas van hansaplast. ISBN 978-94-924784-5-0. 306 pagina’s, €20,99. Amsterdam: Das Mag 2017.