Sherlock Holmes in China
Een superdetective doorziet het geslepen werk van dieven, oplichters, dubbelgangers, spionnen, chanteurs, moordenaars en terroristen.
Hoofdinspecteur Kwan Chun-dok was de enige rechercheur bij de afdeling zware criminaliteit van de politie van Hongkong met een oplossingspercentage van 100%.
Kwan, die een deel van zijn opleiding in Engeland genoot, kwam in aanraking met een grote diversiteit aan misdaden. Eenmaal pensioen gerechtigd, liet men deze superdetective niet gaan, maar was Kwan tot in het uur van zijn dood adviseur bij het oplossen van lastige zaken.
Bijvoorbeeld het raadsel van de zuuraanvallen. Vanaf een flatgebouw gooide een onbekende flessen gootsteenontstopper naar beneden. Daar spatte de gemene vloeistof uiteen en verwondde velen in een drukke winkelstraat. Wat leek op het werk van een verward persoon bleek een uitgekiend plan om een gangster van een nieuwe identiteit te voorzien.
Een andere keer werd het dochtertje van een Engelse politiefunctionaris gekidnapt. Het bleek een rookgordijn van de maffia om agenten om te kopen.
Hongkong Noir bestaat uit zes detectiveverhalen die zonder uitzondering de kwaliteit van de verhalen van Sir Arthur Canon Doyle halen.
Kwan is als ‘leunstoel-detective’ niet alleen erg vernuftig in observatie en analyse, maar ook, net als Sherlock Holmes, kan hij fysiek uitpakken en ziet hij er bijvoorbeeld niet tegenop langs gevels te klimmen wanneer op de zesde verdieping een brandkast moet worden gekraakt.
Natuurlijk had Kwan niet het eeuwige leven. Maar zelfs toen hij in coma op zijn einde wachtte, wist zijn belangrijkste opvolger Sonny Lok iedereen ervan te overtuigen dat Kwan via een speciale computer contact kon maken om hem bij een mysterieuze moordzaak te helpen.
Het ging om een familiedrama. De vader was ’s nachts met een onderwaterharpoen gedood. Er waren vijf verdachten. De echtgenote, twee zoons, de secretaris en de huishoudster. Tandenbijtend spannend zorgde een comateuze Kwan in extremis voor de oplossing van het raadsel.
Auteur
In het najaar van 2011 ontving Chan Ho-kei de Soji Shimada Mystery Award, de belangrijkste thrillerprijs in de Chinees-talige wereld. Het uitschrijven van een korte-verhalenwedstrijd door de Mystery Writers of Taiwan bleek de aanzet te zijn tot Hongkong Noir. De zes korte detective-thrillers zitten niet alleen ingenieus in elkaar, maar geven samen ook een goed beeld van de samenleving van Hongkong.
Daarmee laten zij zich zonder reserve vergelijken met de verhalen rond Sherlock Holmes. Zoals de verhalen van Canon Doyle de sfeer van het negentiende eeuwse Engeland ademen, zo zijn de detectives van Chan Ho-kei onlosmakelijk verbonden met het Hongkong rond de laatste eeuwwisseling.
Zes steengoede speurdersverhalen om de vingers bij af te likken.
Chan Ho-kei – Hongkong Noir. Vertaald uit het Chinees (oorspronkelijke Engelse titel The Borrowed) door Annelous Stiggelbout en Mathilda Banfield. ISBN 978-90-445-3551-8, 544 pagina’s, € 24,99. Amsterdam: De Geus 2018.