Narcissus

Coke, siliconen en testosteron

Stoerdoenerij beheerst het leven.

De Marokkaanse Joshua wordt verliefd op Daphne, kortweg Dee. Maar omdat Dee en haar ‘relaxte ouders’ op grond van onaangename ervaringen een ernstige hekel hebben aan Marokkanen, besluit Joshua zich te presenteren als de Israëliër Josh. Nu krijgt de liefde wel een kans. Als Josh na zes maanden opbiecht hoe de zaken ervoor staan wordt Dee razend. Josh gaat het verkeerde pad op en komt in de gevangenis terecht, waar hij Bruine Klaas ontmoet, de koning van de Wallen. Nadat beide heren vrij zijn gaat Josh voor hem werken als drugshandelaar en superpooier. Aangezien Dee nog steeds boos is haalt hij zijn dagelijkse portie broodnodige seks bij de dames van plezier. Hij raakt bovendien verslaafd aan coke.

Josh vertoont alle karaktereigenschappen die het begrijpelijk maken dat Dees ouders een hekel hebben aan Marokkanen. Drank, drugs, knokken, schelden, vuile handel, het hele pad wordt afgelopen. En bleef het nu maar bij deze stereotypen dan kun je nog hopen dat de puberale testosteron-bal bij het klimmen der jaren zijn leven betert, maar nee. Ook zijn instelling op het menselijk vlak deugt van geen kanten. Hij gedraagt zich ook daarin volgens alle clichés die te berde worden gebracht als mensen het over Marokkanen hebben. Want: vrouwen dienen flinke siliconenborsten te hebben, ze moeten neukbaar zijn, leeftijd maakt niet veel uit als er maar een gat in zit waarin Josh zijn ‘besneden lul’ kan steken, homo’s zijn zonder uitzondering smerig en roepen zozeer Josh’ afkeer op dat hij ze allerlei vreselijks toewenst dat hij gaarne uitgebreid beschrijft. Verder zijn alle fuck-politieagenten zonder uitzondering klootzakken en dat vertelt hij ze gaarne als hij weer eens wordt opgepakt voor verhoor. Aangezien zijn taal weinig subtiel is, krijgt hij zijn woorden met boter en suiker terug.

Auteur

Sol Bouzamour (1982) kwam tijdens zijn jeugd in aanraking met justitie en draaide de gevangenis in. Toen hij vrij kwam maakte hij kennis met ‘leermeester’ Deepak Chopra en gelukstherapeut Wayne Deyer. Hij groeide op in Amsterdam en is van Marokkaanse  komaf. Na zijn detentie zat hij in het jongerenwerk, werd personal trainer en werkte als horecabeveiliger. Dit is zijn debuutroman.

 

 

 

Als iedereen in dit boek letterlijk of figuurlijk ‘een beurt heeft gehad’ kun je je afvragen wie er wel deugt in deze wereld. De titel van de roman maakt het duidelijk: Narcissus ofwel Josh zelf. Toen hij vijftien was, had hij het testosterongehalte van een professionele bodybuilder, maar je kon mijn ribben tellen. Dat deed pijn. Halverwege de middelbare school was iedereen al ontmaagd. Er werd gepijpt en gebeft en ik moest de geile verhalen aanhoren tot ik er gestoord van werd. Daarin komt – dankzij een strak trainingsprogramma op de sportschool – verandering. Josh krijgt een goddelijk lijf en neemt zich voor daar flink gebruik van te maken. Waarop de vrouwonvriendelijke en seksistische taal druipend van Josh’ sperma de pagina’s afspat. De auteur masturbeert met woorden: De aderen langs mijn enorme schacht zwollen op alsof er iemand met een fietspomp lucht in pompte. En die hoeren maar genieten.

Deze puberale auteur vertoont een gigantisch minderwaardigheidscomplex en overschreeuwt zichzelf voortdurend. Ik vraag mij af waarom de uitgever deze onbeschaafde ‘Mocro’ een kans heeft gegeven.

Graag citeer ik Van Kooten en De Bie: ‘Mag ik even een teiltje, er moet een Chinees naar buiten?!’ Ik zou die tekst voor dit boek op één woord willen veranderen, maar de welvoeglijkheid verbiedt mij dat.

Een debuut dat bij het oud papier kan.

Sol Bouzamour – Narcissus. ISBN 978-90-4884-436-4. 266 pagina’s, €19,99. Amsterdam: Uitgeverij Hollands Diep 2018.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Autobiografie. Bookmark de permalink.