Geen whodunit
Brave burger transformeert tot moordmachine.
Bij Jan en Ellis Lenoir hangt in de gang een tegeltje met de tekst Ga nooit heen zonder te groeten… Als Jan op 13 maart ’s avonds naar zijn werk gaat en Ellis innig kust, weet je als lezer meteen: die man komt niet meer thuis. Ellis’ droom over een ‘fantástische toekomst samen’ ligt aan scherven. En inderdaad.
Die avond speelt de voetbalclub Brugge. Het zijn wedstrijden die de rijke antiquair Jules Cohen en zijn vier kornuiten nooit willen missen. Jules zit in het antiek, Boris is beddenverkoper, Jeroen makelaar, Fred politieagent en Matis Maes verdient zijn brood in de horeca. Ze zijn dikke vrienden die hun vriendschap graag drinkend en met veel lol onderstrepen. Jules drinkt wat minder, die brengt de club met zijn Jaguar thuis. Als hij na de bijeenkomst een vrachtwagen in een bocht inhaalt, botst hij frontaal op de auto van Jan Lenoir. Het ongeluk kost Jan het leven. De vijf voetbalfans houden het op wat fysieke butsen en krassen.
Precies een jaar later – en vanaf hier citeer ik de tekst op de achterkaft van het boek – ‘wordt het rechercheteam van Bonnard en Brunello geconfronteerd met een reeks moorden (…). Het brengt de brigade in de wereld van voetbalfans, mode, antiek, beddenverkoop, horeca en onroerend goed.’ De mode hebben we dan nog niet thuisgebracht, maar die komt al gauw ter sprake als blijkt dat de echtgenote van een van de vijf heren zich bezighoudt met de verkoop van lingerie. Daarmee zijn de achterkaft-werelden beschreven, keurig passend bij de heren die aan de dood ontkwamen terwijl Jan Lenoir moest sterven. Als de eerste moord één van die werelden raakt, is deze misdaadroman geschreven. Er volgen nog wat doden, ja natuurlijk. En de dader laat post-its achter. Maar de dader, gekenschetst op pagina 43, roept geen enkele verbazing meer op.
Auteur
Johan D’Haveloose was lector Engels en Interculturele Communicatie. In 2015 verscheen van zijn hand het Engelstalige kinderboek Dasha, the dazzling Dachshund. Moordgriet was de eerste van inmiddels zeven misdaadromans met het duo Bonnard en Brunello.
In een whodunit behoort de spanning te worden opgebouwd, dienen raadsels worden ontrafeld, moet de lezer worden uitgedaagd mee te speuren met de recherche. In dit boek, waar zes speurneuzen niet in staat zijn moorden op te lossen waarvan de lezer al bij de eerste dode weet hoe de vork in de steel zit, wordt aan die basisvoorwaarde niet voldaan.
De auteur stelt zelf dat hij de lezer meeneemt in de psychologische roerselen van een aantal protagonisten . Mooi gevonden, maar dit is psychologie van de koude grond.
Johan D’Haveloose – De post-it-moorden. ISBN 978-94-93023-21-5, 209 pagina’s, €18,50. Arnhem: Uitgeverij aquaZZ 2019.