Zwaard van Damocles
Na veel investeerders het geld afhandig te hebben gemaakt wordt een oplichter ontmaskerd. Hij vlucht met zijn geld en valt in de armen van de maffia.
Marc Verbeeck is een Vlaams zakenman, maar je kunt hem ook een zwendelaar noemen. Terwijl zijn Gerda, na een vreselijk auto-ongeluk op Sicilië, thuis ligt te revalideren, legt hij het aan met de aalgladde Alice. Met haar richt hij een investeringsfonds op waar ze de kapitalen van klanten kunnen onderbrengen. Nadat de eerste winsten worden uitgekeerd, stromen andere vermogenden toe om hun centjes bij Marc en Alice onder te brengen.
Helaas kwamen ze er te laat achter, dat het om een ordinair en frauduleus piramidespel ging dat uiteindelijk een spoor treurende armoedzaaiers achter zich liet. Alice neemt als eerste de kuierlatten, maar spoedig stopt ook Marc zijn contanten bij zich en slaat op de vlucht. Gerda blijft berooid achter, want Marc heeft ook haar geld misbruikt.
Via slinkse wegen belandt Marc op Sicilië, het eiland dat Gerda en hij als vakantiebestemming hadden gekozen en waar zij dat onfortuinlijke ongeluk kreeg. Nu is Marc er op de vlucht voor de politie. Hij verzint allerlei methodes om onder de radar te blijven. Zijn belangrijkste zorg is om de drie miljoen euro die hij heeft meegenomen op veilige plekken onder te brengen. Voor het overige moet hij zich maar een beetje zien te vermaken. Marc vindt een aardig stadje met een pittoresk pleintje. Aan dat pleintje staat een winkeltje waar een aller schattigst meisje werkt. Onze eenzame vluchteling voelt zich aangetrokken tot haar en heeft niet in de gaten dat hij de aandacht heeft getrokken van enkele louche locals.
Minnaar leugenaar moordenaar laat direct al zien waar het op uitloopt. De proloog heeft als eerste zin: ‘Ik had nooit gedacht dat het mij zo van streek zou brengen iemand neer te schieten.’ Geïnstrueerd door een zekere Luca blijkt Marc gepromoveerd te zijn tot huurmoordenaar. Hij wordt vanuit Palermo naar Napels gestuurd ten einde een hem onbekend persoon om te leggen. Omdat het Marcs eerste klus van dien aard is gaat het anders dan instructeur Luca hem heeft geleerd. Dat is best spannend, want de moordaanslag geldt voor Marc als een soort examen. Als hij zou falen is ook hij een kind des doods. Maar zover zijn we in de proloog als forward-flash natuurlijk nog niet.
Auteur
William van Vooren (1953) heeft in zijn loopbaan ervaring met het bankwezen opgedaan, is een liefhebber van misdaadverhalen en heeft een passie voor Sicilië. Deze zaken komen in ruime mate langs. Marc zal in de handen van de maffia vallen. Omdat hij op de vlucht is voor de Belgische politie kunnen de Italiaanse criminelen hem met zijn verleden gemakkelijk gijzelen. De financiële expertise van Marc zal de criminele organisatie overigens goed kunnen gebruiken.
De liefde van de auteur voor Sicilië ademt door het hele boek. Afgezien van geld en maffia is dit een geschikt reisboek voor wie Sicilië bezoekt. Er gaan in elk geval veel pagina’s mee heen.
Dat de schrijver toch geen allround bankdeskundige is, verstoort enigszins een belangrijke passage waarin Marc rondloopt met een rugtas met daarin drie miljoen dollar in coupures van $50 en $100. Dat past nooit in een grote rugtas. Als je heel erg propt krijg misschien $900.000 in een grote koffer. Voor drie miljoen dollar heb je minstens vier of vijf koffers nodig. Daarmee wordt het vakantieverhaal wel erg fictief.
Het is de charme van Sicilië die de lezer moet overtuigen en dan neem je het aardige verhaal gewoon mee.
William van Vooren – Minnaar leugenaar moordenaar. ISBN 978-90-5927-419-8, 307 pagina’s, € 22,90. Antwerpen/Rotterdam: Uitgeverij C. de Vries-Brouwers 2020.
NB de recensent was als student werkzaam bij geldtransporten van de toenmalige ABN-bank in Haarlem.