Regenachtige reisverhalen
Verhalen onder een onheilspellende bewolking.
Je hebt van die mensen wier vakantie alleen maar goed is geweest als zij de vellen op hun verbrande gelaat als trofee aan de thuisblijvers kunnen tonen. Ieder zijn meug, denk ik dan. Maar om nu in gejubel uit te barsten als de vrije dagen verregend verlopen zijn, zeikend nat, mistig, in het gunstigste geval wachtend op de donder onder een donkere, dreigende hemel… dát gaat ook wat ver. En toch zijn die regen en de atmosfeer eromheen nu juist de tonen die de verhalen uit deze bundel kleuren. Waar de auteur ook fietst, de regen vergezelt hem. En hij weet daar op prachtige wijze poëtisch proza van te scheppen. Wie Sneu Karma leest krijgt de neiging op regen-excursie te gaan voor de ware ontspanning van het weemoedige, grijze genieten. Een vleugje ironie krijgt u daarbij cadeau, ook Pollmann kruidt zijn gerechten daarmee om de smaak iets voller te maken.
Pollmann fietst en reist van hot naar her. Hij vertoeft in de provincie, op het Iberisch schiereiland, in Lagos, Hellevoetsluis, Beiroet, Bradford… en overal waait het, als voorbode van de regen. Als het niet waait stort die regen al met bakken uit de hemel of valt er op zijn minst een herinnering aan een bui op te halen. De auteur doet dat vol verve. Verhaal na verhaal maakt hij de lezer deelgenoot van zijn reiservaringen. Nog vóór u aan het lezen slaat, blijft u hangen op de inhoudspagina. Daar staan dertien titels van verhalen, ze vormen samengevoegd een poëtisch geheel. Kijk en keur: Barmhartig in Bern, Concerto voor een natte mei, Hillbillies, De kerstpot van Lagos, en ga zo maar door. De Heeren van Noortwyck met als ondertitel ‘Bijgeloof is hopen op hulp van boven’ sprak mij dubbel aan. Zóveel klassieke schoonheid, zo veel wijsheid in een zanderig dorpje aan de kust, ontleend aan het ‘handboek voor oplichters’ van dadaïst Walter Serner die daar overigens in 1927 nog tussenvoegde: ‘Bijgeloof is angst voor eigen zwakte en hopen op…’ jawel, het is nét iets meer geworden. En dat in Corona-tijd, de tijd waarin de angst voor eigen zwakte de mens deed beven, want ook daarmee had Pollmann in Noortwijk van doen.
Auteur
Joost Pollmann (1957) is opgeleid als vertaler en journalist. Hij was jarenlang directeur en fondsenwerver voor de Stripdagen Haarlem, die uitgroeiden tot het grootste stripfestival van Noord-Europa. Pollmann schreef veel boeken over strips en is dé grote kenner. Hij kreeg in 2011 van GeenStijl de Zelf Censuur Award, in 2014 De Olifant van het Haarlems Dagblad. Hij verwierf een erepenning van deze stad en nog aanzienlijk meer. In 2018 verscheen zijn eerste autobiografische niet-strip-gerelateerde boek Schertsfiguur – mijn leven in 15 stukken.
Dit eerste boek werd omschreven als verhalen van ‘horror naar humor’ en deze kwalificatie is ook op dit boek van toepassing. Pollmann observeert met een scherpte die een kenner van stripverhalen door jarenlange ervaring opdoet: zoek de details en grimlach om het allerkleinste. Voor zulke details de juiste woorden vinden, is een kunst apart. Pollmann beheerst die kunst tot in de puntjes.
Een boek om zorgvuldig te lezen en te herlezen, vol parels, mat getint als lichte wolken waarachter de zon schuil gaat
Joost Pollmann – Sneu Karma. Regenachtige reisverhalen. ISBN 978-94-9314-316-6, 131 pagina’s, € 16,50. Haarlem: In de Knipscheer 2021.