Wonder, wonderlijk

Oefeningen in geloof

Een persoonlijke verhaal van een ‘herintreder’.

Stephan Sanders schreef over de geschiedenis van zijn geloofsleven. Hij beschreef zijn katholieke jeugd en hoe hij langzaam van de kerk vervreemdde. Na zijn vijftigste is hij zichzelf weer christen en katholiek gaan noemen. Deze geloofswending verliep heel bewust. Toch kan hij niet precies aangeven wanneer het omslagpunt plaatsvond. Veel gaat ook over de katholieke kerk. Het grote verschil tussen de parochie met de pastorale praktijk en de kerkelijke leer van het Vaticaan. Ook de houding van de kerk tegenover homoseksualiteit komt uitvoerig aan de orde.

Auteur

Stephan Sanders (1961) is columnist voor Trouw en NRC, medewerker van de Groene Amsterdammer en auteur van verschillende boeken, waaronder het opzienbarende Godschaamte, een eigentijdse expeditie op zoek naar God (2021).

Dit boek is geen chronologisch verhaal of samenhangend betoog. Het is een selectie van 45 columns die van 2021 in Trouw verschenen en van 2018 tot 2023 in Nieuwe Koers. De columns zijn merendeel herschreven en aangevuld. De bundel eindigt met een elftal portretten, onder andere.van Titus Brandsma, Dietrich Bonhoeffer, Augustinus en Eva Vlaardingerbroek.

Sanders bekijkt het katholieke geloof van zijn jeugd zeker niet met een gefrustreerde blik. Hij herinnert zich alleen warmte, geborgenheid en mooie muziek. In de ogen van protestanten was het katholicisme een soort pretgeloof. Van Bijbellezen aan tafel was geen sprake. Er was wel de beleving, de sfeer, maar van geloofsinhoud was geen sprake. Alle theologische geschillen en verschillen lieten de meeste katholieken met een gerust hart over aan de pastoor of de bisschop. Samenvattend: een vederlicht jeugdgeloof zonder al te veel dwang.

Behalve dat Sanders het geloof heeft hervonden is voor hem de kerkgang weer belangrijk geworden. Hij vindt het belangrijk tot een gemeenschap te horen. Hij zegt daarover: ik ken intussen behoorlijk wat parochianen van mijn kerk, het zijn mensen tot wie ik mij verhoudt en het sterkt mij hen ‘s zondags in de banken te zien. Het feit dat ze er ‘s zondags zitten en knielen en te communie gaan, steekt mij een hart onder de riem. Soms mag hij de voorbede doen tijdens de mis. Hij krijgt dan wel eens kritiek: te politiek of te privé, maar er zijn ook complimenten. Dan is er ook de voorganger. Niet alle voorgangers spreken hem aan. Toen hij zich bewust werd van het feit dat hij als een recensent in de kerk zat realiseerde hij zich dat dit niet de bedoeling was. Je gaat niet naar de kerk als naar een film of een theater.

Bestaat er een persoonlijke God? In het gebed richt je je op Iemand en niet op Iets. Wat moeten gelovige Joden met een Klaagmuur als hun klacht ongericht de wereld of de kosmos in gaat en niet gericht is op de Aangeroepene. Over standaardgebeden zegt Sanders dat hij daar in zijn eentje moeite mee heeft. Dat lijkt hoogmoedig, want waarom zouden eigen woorden beter zijn dan gebeden die al eeuwenlang zijn gebruikt. In een volle kerk kan hij mee bidden, maar in zijn eentje vindt hij het onfatsoenlijk jegens God. Hij spreekt God aan met U of Gij. In geschreven teksten gebruikt hij uit respect de hoofdletter. Is God afstandelijker dan god? Wel eerbiediger, minder familiair, want we hebben Hem niet in onze broekzak.

Hoe staat de katholieke kerk tegenover homoseksualiteit? Officieel is de kerk afwijzend. Het is alleen toegestaan als er geen sprake is van een seksuele relatie. Toen Sanders zich in 2016 als parochiaan bij zijn Amsterdamse kerk meldde heeft hij zijn geaardheid aangegeven. Het beleid is: zwijgen is dulden. Het devies van bisschop De Korte is: Wat ik niet weet, weet ik niet. Toch heeft paus Franciscus toestemming gegeven tot de zegening van homoseksuele stellen. Tegelijkertijd werd bekend dat de paus over homoseksuelen binnen het Vaticaan en zijn opleidingen had gezegd dat het ging om frociaginne (likkerbende).

Bij zijn herintreden in de kerk koos Sanders achteraf gezien te snel voor de katholieke kerk. Vrijzinnige kerken en ook wel PKN-kerken accepteren homoseksuelen wel en hangen de regenboogvlag uit rond de pride. In zijn hoofdstuk over Maria toont hij zich een echte katholiek. Maria als Moeder Gods kent een enorm belangrijke positie in de Rooms-Katholieke Kerk, zij is na Christus de eerste die met ‘lichaam en ziel’ wordt opgenomen in de hemel, zonder deliberatie. Het feest van Maria-Tenhemelopneming is een van Sanders lievelingsfeesten geworden. Het vreemde is dat de Katholieke Kerk Maria ophemelt, maar de vrouw weghoudt van het altaar.

Wat bedoelt Stephen Sanders met ‘oefenen in geloof’? Hij denkt dan eerst aan de kerkgang als gewoonte. In de kerkdienst wordt de liturgie voltrokken, die is van een droomloze herhaling: staan, kruisje slaan, de vaste gebeden, de aanroepen, drie maal op je borst kloppen bij de schuldbekentenis, voorover buigen (doxologie), knielen, de afsluitingen et cetera. Deze rituele elementen hebben een bezwerende werking. In de diverse columns zijn oefeningen in het geloof terug te vinden.

Dit boek bevat geen diepgaande theologie. Het is wel bijzonder hoe Sanders heel eerlijk en open over zijn persoonlijke geloof schrijft. Het is ook moedgevend om mee te maken hoe iemand weer tot geloof komt.

Stephan Sanders – Wonder, wonderlijk. Oefeningen in geloof. ISBN 978-90-435-4174-9, 223 pagina’s, € 21,99. Amsterdam: KokBoekencentrum 2024.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Columns, Religie, Rooms-Katholieke kerk. Bookmark de permalink.