Willem van der Does – Met de wetenschap van nu. Graaiers, draaiers en spijtoptanten. Met tekeningen van Peter van Straaten. ISBN 978-90-5594-747-9, 119 pagina’s, € 16,-. Schiedam: Scritptum 2010.
Van der Does is hoogleraar experimentele psychopathologie in Leiden. Hij probeert de heersende onvrede te bekijken vanuit de psychologie en wil laten zien hoe zeer emoties van invloed zijn op verkiezingsuitslagen. Waarom lopen de emoties in Den Haag zo hoog en onfatsoenlijk op? In 11 hoofdstukken probeert de auteur die vraag te beantwoorden. Het eerste hoofdstuk Achterdocht begint met de psychiatrie in de voormalige Sovjetunie, die op grove wijze werd misbruikt om critici van het regime onschadelijk te maken. Ernstige achterdocht is niet alleen een kenmerk van de schzofrenie, maar ook van de machthebbers die de psychiatrie op dergelijke wijze als repressiemiddel gebruiken. Volgens Van der Does is het wantrouwen in de samenleving in de laatste jaren in verschillende opzichten weer toegenomen. Sommige Westerse politici proberen tegenstanders onschadelijk of monddood te maken door hun psychische gezondheid in twijfel te trekken, zoals Berlusconi die rechters die onderzoek doen naar corruptie rijp vindt voor de psychiatrie omdat zij overal complotten zien. De tegenstander wordt als vijand neergezet, hij handelt bijvoorbeeld onamerikaans.
In het hoofdstuk Angst gaat de auteur in op de inmiddels beroemde (of beruchte?) kwalificatie ‘kutmarokkanen’ van Rob Oudkerk (PvdA) en het bloggen over ‘spleetogen’ van Arend Boekestijn (VVD). Volgens hem is schande spreken over zo’n enkele slip of the tongue onterecht. Het verraadt namelijk impliciete opvattingen over bepaalde minderheden die velen van ons met zich meedragen en ongemerkt ons gedrag beïnvloeden. En deze impliciete opvattingen kunnen het stemgedrag bepalen. Daarna volgt een ingewikkeld betoog over de angst voor de dood en het salonfähig maken van extreme politici. Ik raakte hier een beetje de draad kwijt, net zoals me wel meer met dit boekje gebeurde. Zo lees je diverse tiraden over wat er allemaal fout loopt is in de Nederlandse politiek en in de bankwereld (de graaicultuur), waarbij hij de politici verwijt ‘er bij te staan en er naar te kijken’. In een nawoord aan het eind van het boek staat ook nog even uitgebreide kritiek op de invoering van het BA/MA-systeem (Bachelor/Master) aan de Nederlandse universiteiten. Hij pleit daarin onbeschaamd voor eigen parochie door te suggereren dat vanwege de relevantie van psychologie voor het dagelijks leven een minimum hoeveelheid psychologie in het voortgezet onderwijs zou moeten worden opgenomen, in het kader van een brede academische vorming. Ik kan me daarbij niet aan het gevoel ontrekken dat Van der Does en Wilders het aan de bar misschien met hun onvrede over een heleboel zaken best wel met elkaar zouden moeten kunnen vinden.
Van der Does probeert van de hak op de tak springend inzichten uit zijn vakgebied toe te passen op de hedendaagse politiek. Dit wat warrige verhaal met veel open deuren, dat bovendien niet echt lekker leest, kan mij niet lang boeien, met uitzondering van de tekeningen van Peter van Straaten. Dan houd ik mij liever bij goede politieke wetenschap of journalistiek.