Ad van Liempt & Jan Luitzen (red.) – Olympische schaatshelden. Over Ard, Rintje en de anderen. ISBN 978-90-204-3403-3, 172 pagina’s, € 14,90. Amsterdam / Antwerpen: L.J. Veen 2010.
Ik ben gek op mooie sportverhalen en in dit boek word ik op mijn wenken bediend. Het begint al met Siem Heiden, die vóór de Tweede Wereldoorlog ruzie kreeg met een bobo. Tijdens de Winterspelen van 1928 in St. Moritz gingen er zoveel bestuurders mee, dat er geen hotelkamers meer voor de schaatsers beschikbaar waren. Die moesten met zijn tweeën in een ongebruikte badkamer slapen. De publicatie in de NRC van de kritiek van Heiden op de bondsvoorzitter leidde tot een schorsing die het einde van zijn schaatsloopbaan betekende. Heiden ontdekte Kees Broekman, die beter presteerde naarmate de omstandigheden zwaarder werden.
De Groningse herenboer Jan Pesman kon niet door één deur met zijn coach, de Noordhollandse rijke boer Klaas Schenk. Daaraan en aan de ‘maandagziekte’ wijt hij het feit dat hij in Squaw Valley niet verder kwam dan brons op de tien kilometer. Pesman reed soms wedstrijden in zijn onderbroek. Wist u trouwens dat Henk van der Grift in 1961 wereldkampioen werd in de maillot van zijn verloofde? Overigens reden de eerste vrouwen in 1805 in Leeuwarden in hun ondergoed. Het was de legendarische Zwitser Franz Krienbühl, die het aerodynamische schaatspak introduceerde. Annie Borkink was overigens niet blij met haar nieuwe outfit, want je zag alles, wat haar dochter Donja een openhartige opmerking ontlokte die ik hier niet zal citeren.
Ontroerend is het verhaal over de gouden race van Kees Verkerk in Grenoble, 1968 en de bontmuts van zijn overleden moeder. Mooi is het relaasl over de bronzen medaille van Peter Nottet tijdens diezelfde spelen, waar ook Carry Geijssen goud veroverde. Wie zich de onvergetelijke Theo Koomen herinnert zal met genoegen het fragment uit zijn radioverslag en zijn interview met Carry nalezen, afgesloten met: ‘nog veel meer succes hè, meisje.’
Ik kan nog een tijd doorgaan: over de drol onder het bed van Piet Kleine en de kortstondige romance tussen Mart Smeets en Ria Visser, die voor de eerste dodelijk wordt neergezet als ‘seks met een oudere journalist’. En dan nog het merkwaardige verhaal van een jonge journalist, die tussen de benen van de echtgenote van een topschaatser belandde. Waargebeurd of wishful thinking? Wie geïnteresseerd is, en dat zullen velen zijn, moeten dit alleraardigste boek maar zelf lezen.
Dit boek is eveneens uitgebreid besproken in de boekenrubriek van het programma Puur Cultuur van MeerRadio (7 april 2010).