Maurits de Bruijn – De achterkant van de zon. ISBN 978-90-468-1996-8, 206 pagina’s, € 18,99. Amsterdam: Nieuw Amsterdam 2016.
Zoektocht naar het verleden
Ze zou Mariah Carey heten. Haar moeder zei liever Malika, maar misschien had ze ook nog een andere naam. Het kind was omgeven met raadsels. Hoe het ook zij: Soufjan kreeg, toen hij 10 jaar oud was, plotseling een zusje dat anders was dan de rest van de familie, blond en westers bleek. Zijn moeder vertelde dat vader – woestijngids van beroep – het kind als baby gered had uit de armen van twee jonge, gestorven toeristen. Mariah had nog geleefd. Zij was bij hen komen wonen. Maar waarom doen Soufjans ouders naar derden toe dan toch zo geheimzinnig over het meisje?
Als Mariah / Malika 17 jaar wordt krijgt ze van haar tante twee paspoorten: die van haar ouders. Het blijken Nederlanders te zijn. Mariah besluit op zoek te gaan naar familie in dat land: misschien heeft ze broers en zusters, grootouders. Soufjans moeder smeekt haar zoon zijn zusje van dat vertrek af te houden. Maar Mariah lijkt opeens niet meer Marokkaans te zijn. Ze verandert voor zijn ogen in een westerse jongedame die haar plan trekt en weet wat ze gaat doen.
Maurits de Bruijn (1984; foto Quintalle Nix Photography) werkt als copywriter en journalist voor onder meer de Volkskrant en Das Magazin. Dit is zijn tweede roman.
Ondanks dat Soufjan zijn ‘kleine zusje’ niet graag ziet vertrekken, heeft hij wel begrip voor haar keuze. Mariah is altijd een buitenbeentje geweest, werd geplaagd. Nu ‘Arthur en Susan’ haar echte ouders blijken te zijn, is haar zoektocht naar haar wortels niet meer dan normaal.
Intussen wonen in Nederland nog de ouders van Susan. Het gaat hen niet goed. Vader Huub is dement, zijn vrouw maakt zich grote zorgen over hem. Ze denkt veel aan Susan, haar overleden dochter en aan haar kleinkind Lisa (Mariah Carey / Malika), ook door de woestijn verzwolgen. ‘Ik ben mijn kind kwijtgeraakt’ denkt zij ‘en daarna ben ik mijn man kwijtgeraakt en heb er een kind voor teruggekregen’. Maar niet lang daarna staat er een vreemd meisje voor haar deur…
Maurits de Bruijn heeft een schitterende roman geschreven. Empathisch, ontroerend en bovendien fraai ingeleefd in de Marokkaanse wereld (alsof hij er een tijd gewoond heeft). De Bruijns taalgebruik is mooi, met bijzondere beeldspraken. Maar eigenlijk is zijn boek één grote beeldspraak over de zoektocht naar de eigen persoonlijkheid. Meet je jezelf een persoonlijkheid aan of is die erfelijk of door opvoeding bepaald?
Mariah was een kind van ‘de achterkant van de zon’, uit een wereld waar broer Soufjan en haar ouders geen toegang hadden. Maar de zon draait om haar as. Mensen kunnen elkaar altijd vinden.
Boeiende, fijnzinnige roman.