Bleich, Anet – Joop den Uyl 1919-1987, dromer en doordouwer. 544 pagina’s, ISBN 978-90-5018-8180, € 35,00 Amsterdam: Balans 2008.
Een uitstekend boek. Chapeau. Naar aanleiding hiervan schreef ik het volgende artikel, dat onder meer verscheen in het Noordhollands Dagblad, De Gooi- en Eemlander, Het Haarlems Dagblad en het Leidsch Dagblad.
Media overschatten Den Uyl
Vorige week verdedigde de Volkskrant journaliste Anet Bleich haar proefschrift, een biografie over Joop den Uyl . De ‘jonge doctor’ heeft daarmee een jarenlange studie afgerond. Niet alleen heeft ze meters archieven en talrijke boeken en artikelen doorgenomen, maar ook heeft ze een groot aantal sleutelinformanten, die een belangrijke rol in het leven van Den Uyl speelden geïnterviewd, zoals Dries van Agt, Marcel van Dam, Wim Duisenberg, Jos van Kemenade, Ruud Lubbers, Hans van Mierlo, Max van der Stoel, Ed van Thijn, Herman Tjeenk Willink en Henk Vredeling. Het is een kloek werk geworden, maar het leest als een trein. Het boek is gelukkig geen hagiografie (levensbeschrijving van een heilige) geworden, maar wel een prachtig portret van een man van vlees en bloed met zijn hoogte- en dieptepunten, zijn triomfen en zijn blunders. Hoewel Den Uyl ruim 20 jaar geleden overleed heeft Bleich hem nog gekend, wat er zeker toe bijgedragen heeft dat ze heel dicht ‘tegen haar hoofdpersoon aan lijkt te kruipen’. De persoonlijke affiniteit van de schrijver voor Den Uyl valt tussen de regels door te lezen, maar is door mij nergens als hinderlijk ervaren. De lezer kan op grond van de aangedragen informatie zowel een positief als een negatief eindoordeel over Den Uyl vellen.
De verschijning van het boek bracht een echte hype teweeg. Dezelfde avond werd in het tv-programma Andere Tijden aandacht aan Den Uyl en aan het boek besteed. Daarin kwamen onder andere, geheel in stijl, twee punten aan de orde: Den Uyls flirt voor de Tweede Wereldoorlog met een autoritair rechts nationalisme en zijn ‘tweede redding van de monarchie’ in 1976 door het verdonkeremanen van de zogenaamde Northrop bijlage van het rapport Donner over de Lockheed-affaire. Beide zaken worden in de media voornamelijk vergoelijkt.
Het eerste wordt een jeugdzonde genoemd en ik kan me daar wat bij voorstellen. Den Uyls rol in het verzet heeft die jeugdzonde zeker geneutraliseerd. Wat mij stoort is dat deze jeugdzonde bij Den Uyl zelf nooit heeft geleid tot enige relativeringbij het beoordelen van het gedrag van anderen. Hij was bij uitstek de man van het opgestoken vingertje. De jeugdzonde van die andere politicus uit de jaren 70, Willem Aantjes, overigens ook al zo’n man van het vingertje, kon niet op begrip van Den Uyl rekenen. Of was het omdat het oorlogsverleden van Aantjes de laatste niet in de gelegenheid stelde toe te treden tot het kabinet-Den Uyl II, waardoor dat kabinet er definitief niet kwam?
Het is frappant dat Den Uyl, de prediker van openbaarheid, een politieke doodzonde beging door het kabinet niet te informeren en het parlement te misleiden over de Northrop bijlage bij het Rapport Donner. Niemand, die het hem kwalijk neemt. Integendeel, hij wordt gelauwerd als de grote redder van de monarchie. Juliana kon aanblijven en te zijner tijd worden opgevolgd door Beatrix. Iedereen vergeet kennelijk dat bij weigering van Beatrix om op te volgen Margriet constitutioneel aan de beurt kwam. Het is te simpel om ervan uit te gaan dat Margriet, indien er op haar een beroep zou worden gedaan, de troon geweigerd zou hebben.
Stel dat de Lockheed affaire vier jaar later had plaatsgevonden. Hoogstwaarschijnlijk zou de toenmalige premier Dries van Agt niet anders gehandeld hebben dan Den Uyl, wat Van Agt mij heeft bevestigd. Hij zou daarbij, met de PvdA in de oppositie, veel meer problemen met het parlement hebben gehad. Marcel van Dam en velen met hem zouden luidkeels de strafrechterlijke vervolging van Prins Bernhard hebben geëist. En als Van Agt de Northrop bijlage ook had verdonkeremaand, zou zelfs nu nog het door de grachtengordel gedomineerde journaille over hem zijn heengevallen.
Joop den Uyl heeft zonder meer zijn verdiensten gehad. De overschatting van hem toen en nu door de media doet hem echter geen recht, in tegenstelling tot wat collega-journalist Anet Bleich presteert in haar fascinerende biografie.
Dit boek is ook door mij gerecenseerd in PuurCultuur op Meerradio, woensdag 28 januari 2009. De tekst van deze recensie moet echter nog worden achterhaald.