Joep Boerboom – Jan Terlouw. Jeugdboekenheld op het Binnenhof. ISBN 978-90-895-3613-6, 326 pagina’s, € 19,90. Amsterdam: Boom 2016.
Van ideale schoonzoon naar ideale schoonvader
Jan Terlouw trad in 1967 toe tot de afdeling van D66 in zijn woonplaats Utrecht. In 1969 werd hij in de Utrechtse gemeenteraad verkozen en direct fractievoorzitter. In 1971 wordt hij lid van de Tweede Kamer en in 1973 fractievoorzitter en politiek leider. In 1981 treedt hij toe tot het kabinet-Van Agt II als Vicepremier en Minister van Economische Zaken en blijft op deze post in het kabinet-Van Agt III. Daarna verlaat hij de actieve politiek. Na een verblijf in het buitenland dient hij de provincie Gelderland als commissaris van de Koningin (1991-1996) om tenslotte nog één termijn terug te keren naar het Binnenhof als lid van de Eerste Kamer (1999-2003).
Biograaf drs. Joep Boerboom zou Terlouw (Kamperveen, 1931) echter te kort doen als hij zich beperkte tot diens, zij het indrukwekkende, politieke loopbaan. en dat doet hij zeker niet. Deze biografie leest als een spannend boek. Het is dan ook nooit saai. Terlouw is niet alleen een veelzijdig mens maar hij vervulde een groot aantal boeiende functies.
De auteur besteedt uitgebreid aandacht aan Terlouws calvinistische afkomst. Zijn vader was Nederlands Hervormd en lid van de ‘zware’ Gereformeerde Bond. Hoewel zijn ideeën veranderden zei hij nooit de Bond vaarwel, want deze had immers zijn studie betaald. Jan werd snel volwassen tijdens de Tweede Wereldoorlog en had daarna grote moeite met het kwijtraken van zijn zelfstandigheid. Hij gaat in Utrecht natuurkunde studeren en ontmoet daar de liefde van zijn leven Alexandra van Hulst. Ze trouwen en krijgen samen drie dochters en één zoon. Na zijn afstuderen en de militaire dienst wordt hij onderzoeker naar kerkfysica voor vreedzame doeleinden. Hij promoveert in 1964, maar realiseert zich dat hij weliswaar geen onverdienstelijk wetenschapper is, maar nooit een Einstein zal worden. En toen kwam D66 op zijn pad.
Inmiddels was Terlouw de verhaaltjes de hij aan zijn kinderen vertelde gaan opschrijven. Langzaam maar zeker wordt hij een succesrijk kinderboekenschrijver. Zo maakt hij wat Boerboom een carrièreswitch noemt naar het schrijverschap en naar de politiek. Zijn biograaf heeft de boeken van Terlouw als puber gelezen en heeft ze vrij uitvoerig besproken. Dat is een keuze. Net zoals het een keuze is zich niet te beperken tot Terlouw als politicus, maar ook aandacht te besteden aan diens vele overige activiteiten voor, tijdens en na de politiek en aan zijn verhouding tot vrouw en kinderen.
Raadslid, Kamerlid en fractievoorzitter
Na de entree van Terlouw in de Utrechtse gemeenteraad werd hij direct fractievoorzitter. Het wethouderschap liet hij over aan de oudere en meer ervaren politicus Henk Zeevalking, één van de oprichters van D66. ‘Hij moet wennen aan het formele taalgebruik in de gemeentepolitiek’. D66 stelt zich kritisch op bij stadsvernieuwingsplannen en krijgt voor elkaar dat deze slechts gedeeltelijk worden uitgevoerd. Maar al snel lonkt Den Haag en na de verkiezingen van 1971 komt Terlouw in de Tweede Kamer terecht. Als schrijver van kinderboeken krijgt hij wel eens een grap te verwerken, zoals ‘voorzitter, hij vertelt weer sprookjes’ van Marcus Bakker (CPN). Ten tijde van het kabinet-Biesheuvel houdt Terlouw zich bezig met economie, energie en milieu en schrijft de speeches voor zijn politiek leider Hans van Mierlo. Na de vorming van het kabinet-Den Uyl, waaraan D66 deelneemt met minister Hans Gruijters en drie staatssecretarissen, volgt hij fractievoorzitter Van Mierlo op, die vindt dat hij te weinig steun en te veel kritiek krijgt van de fractie. Boerboom behandelt uitgebreid de ongemakkelijke verhouding tussen Terlouw en Van Mierlo. De laatste blijft in de fractie en wil zijn opvolger nogal eens voor de voeten lopen. Als in 1975 Jan Glastra van Loon, staatssecretaris van Justitie openlijk de ambtelijke top van het departement kritiseert, wordt deze door zijn minister Dries van Agt ontslagen. Terlouw verzet zich eerst hiertegen, maar legt zich er uiteindelijk bij neer en haalt Henk Zeevalking naar Den Haag om Glastra op te volgen. Een voortreffelijke keus, sindsdien werken minister en staatssecretaris naadloos samen. Boerboom laat uitvoerig zien hoe D66 een belangrijke rol speelt in de Oosterscheldediscussie en zich tenslotte kan vinden in de uiteindelijke oplossing: een pijlerdam. Ook Terlouws boek Oosterschelde Windkracht10 komt aan de orde.
Van Agt-I, II en III
Tijdens de moeizame kabinetsformatie van 1976 zijn de handen van Terlouw gebonden. Hij mag van zijn partij uitsluitend deelnemen aan een centrumlinks kabinet, hoewel hijzelf misschien wel had kunnen aansluiten bij het gevormde kabinet-Van Agt I met de VVD. Mede dankzij de manier waarom de ideale schoonzoon Terlouw oppositie voert wordt D66 de grote winnaar bij de verkiezingen van 1981. Dit lijdt tot kinnesinne bij de PvdA, die een enorm verlies lijdt. Ook nu krijgt Terlouw te maken met een blokkade van de meest voordehand liggende oplossing CDA, VVD, D66. Den Uyl claimde het premierschap van een coalitie van CDA (48 zetels), PvdA (44) en D66 (17), wat gezien de zetelverdeling volstrekt irreëel was. Zelfs nadat Den Uyl zijn claim op het premierschap had laten vallen kwam na maanden moeizaam onderhandelen het kabinet-Van Agt II tot stand. Terlouw werd Minister van Economische zaken, waar hij te maken kreeg met ‘Superminister’ van Economische Zaken Den Uyl die zich werkelijk overal mee bemoeide. Dit onmogelijke kabinet bestond nog geen negen maanden. Lees deze passages en huiver.
Rompkabinet en vertrek uit Den Haag
Nadat de PvdA-ministers waren uitgetreden bleven de overige ministers aan in het kabinet-Van Agt III, dat de verkiezingen organiseerde. Van Mierlo wilde dat D66 ook uittrad. Terlouw wilde aanblijven het laatste gebeurde: Van rampkabinet naar rompkabinet. Zijn laatste maanden als minister waren de plezierigste. Op uitdrukkelijk verzoek van zijn partij werd Terlouw wederom lijsttrekker. Na een enorme verkiezingsnederlaag nam hij afscheid van de Haagse politiek.
Boerboom portretteert Terlouw als een aardig man en hij heeft diens indrukwekkende loopbaan toegankelijk gemaakt voor de geïnteresseerde lezer.
Een iets ingekorte versie van deze recensie treft u aan in Bestuursforum 40, nummer 6. pp. 22-23.
In het programma Puur Cultuur van MeerRadio op woensdag 14 september is eveneens aandacht aan dit boek besteed. Het geluidsbestand kunt u hieronder aanklikken: