Marianne Zwagerman – Kluitjesvolk. Het hoeft niet! ISBN 978-94-6156220-3, 192 bladzijden, € 16,95. Amsterdam: Bertram + De Leeuw 2016.
Rebelse schrijfster deelt veelvuldig billenkoek uit.
Nederlanders zijn kluitjesmensen, aldus de auteur. Volgens haar is Hoofddorp een kluitjesenclave bij uitstek… Vrijwel niemand hoeft in Hoofddorp te wonen, alleen de huisarts of de burgemeester (nu weet uw recensent toevallig dat de burgemeester van Haarlemmermeer, waarvan Hoofddorp de grootste kern is, niet in Hoofddorp woont, maar ja, overdrijven is ook een vak).
De tirade tegen Hoofddorp is nog maar het begin. Er blijft nog genoeg over waar de auteur zich tegen af kan zetten en zij doet dit dan ook met verve. Tegen het mutsenparadijs waaruit zij vrouwen al jaren hoopt te ontsnappen: Vrouwen kunnen in Nederland worden wat ze willen (mannen ook, maar die vinden dat volkomen logisch), maar veel vrouwen willen dat helemaal niet, zij zijn tevreden met een baantje in plaats van een carrière. Of ze hebben daar een andere definitie van. Met je buurvrouw slabbetjes breien en verkopen in je webshop is natuurlijk geen carrière. Over dit onderwerp schreef ze in 2011 al het boek Een webshop is geen carrière. Ontsnap uit het mutsenparadijs.
Marianne Zwagerman (1969) begon als gediplomeerd tweedehandsautoverkoper. Ze werd eerste vrouwelijke directeur van de Telegraaf Media Groep, waar ze onder meer verantwoordelijk was voor de overname van de website GeenStijl, en daarna medeoprichter van de omroep PowNed. Ze laat regelmatig van zich horen, bijvoorbeeld in de mediarubriek in het Radio 1-programma De Ochtenden.
Zwagerman houdt niet van Vinex-wijken, het rubberteleparadijs waar we geen risico’s meer dulden: Kinderen moeten fietsen met een helmje op. Vuurwerk is te gevaarlijk om zelf af te mogen steken. We mogen niet meer zelf bepalen of we onze kinderen willen laten omgaan met de verleidingen van alcohol en tabak. Als Albert Heijn messen verkoopt die scherp blijken te zijn, volgt een waarschuwing in het NOS-journaal. We moeten gordels om, diploma’s halen om op een paard te mogen zitten. We moeten zwemexamens afleggen, maar we hebben ook een instituut dat toezicht houdt op het afgeven van zwemdiploma’s. Als het warm wordt, komt er een hitteplan; als het regent, code rood voor het wegverkeer. En als drie sneeuwvlokken vallen komen het hele land en de hele economie tot stilstand. Ruiterbewijs, zeildiploma, vaarbewijs: voor alles behalve de voortplanting het je een papiertje nodig in dit rubberentegelparadijs.
En zo gaat het feitelijk het hele boek door en de schrijfster aarzelt niet de in haar ogen verantwoordelijken er stevig van langs te geven. Ze herhaalt daarbij steeds dezelfde mantra, die ook op de achterkant van het boek staat: Je hóéft niet naar kantoor. Je hóéft je niet te binden. Je hóéft niet tot het einde te blijven. Je hóéft niet alles te weten. En dat kan voor sommigen bevrijdend zijn.
Veel van wat je leest is regelmatig hilarisch, maar op een gegeven moment weet je het wel. De schrijfster valt bovendien in herhalingen. Ooit behoorde Zwagerman ook tot het kluitjesvolk met een vaste baan en een vaste relatie. Nu is ze blij met haar verworven vrijheid, maar net zoals recent bekeerden tot een ander geloof prijst zij haar huidige levenswijze soms wel erg fanatiek aan. De nuances moet de lezer zelf maar aanbrengen.
Desalniettemin: een kostelijk boek.
In het programma Puur Cultuur van MeerRadio op woensdag 14 september is eveneens aandacht aan dit boek besteed. Het geluidsbestand kunt u hieronder aanklikken: