Judith Herzberg – Er was er eens en er was er eens niet. ISBN978-90-7617-499-0, 68 pagina’s, €16,50. Amsterdam: De Harmonie 2016.
Zeer korte verhaaltjes, anekdotes en notities met een fijne stift beschreven.
In de cabine van het vliegtuig zat een dikke bromvlieg. Hinderlijk, maar desondanks sloeg niemand het beestje dood. Was dat nu wreed of niet? Op de pool, waar het toestel zou landen, zou het dier niet overleven. De reizigers konden na vier dagen terug. Het beest zou in eenzaamheid sterven. Maar doodslaan was natuurlijk ook wreed. Judith Herzberg noteert een dilemma.
In dit boekje vol observaties en notities draait het vaak om dilemma’s. Het gaat lang niet altijd om leven of dood. Zo besluit een buitengewoon dikke man na enig aarzelen zijn koffie van zoetstof te voorzien. Een jongen is boos omdat hij is afgekeurd voor de marine omdat hij de waarheid sprak. Want, vertelt hij, de andere jongens beweerden allemaal braaf dat ze nooit pot hadden gerookt, hij had dat twee jaar geleden wel gedaan, biechtte dat op en werd weggestuurd. Maar die andere jongens logen, daarvan was hij heilig overtuigd.
Liegen en bedriegen, het leven voor de gek houden of jezelf bedotten, het zijn thema’s waarmee Judith Herzberg graag speelt in haar observaties. Ze doorziet mensen, kijkt achter hun redeneringen om naar de motieven die zij bedenken om zichzelf te rechtvaardigen. Dat levert anekdotische situaties op. Zij verhaalt over de schrijvers Leonard Nolens en Leo Vroman, samen op het balkon in de Bourla Schouwburg in Antwerpen. ‘Krijg je hier geen hoogtevrees van?’ informeert Nolens. Waarop Vroman antwoordt: ‘Nee, ik heb springlust.’
Ze vertelt van de dienster die ’s zomers op het terras gestoken werd door de wespen die in de limonade kropen. Haar arts vertelt dat ze allergisch is, dat ze alleen nog maar ‘s winters op het terras mag werken. Maar dan heeft de baas haar niet nodig. Waarop de arts haar glimlachend adviseert dan maar baanveger te worden op de Jaap Edenbaan.
Judith Herzberg (1934) debuteerde in 1963 met Zeepost. Ze heeft een groot oeuvre op haar naam staan van poëzie en toneel. Daarvoor kreeg ze verschillende prijzen. In 1997 ontving ze de P.C. Hooftprijs voor poëzie.
Herzberg heeft dit boekje samengesteld uit aantekeningen die ze door de jaren heen maakte. Soms komt de oorlog langs, bij het voormalige onderduikkind. Bijvoorbeeld als ze vertelt dat de mensen vlak na de oorlog nooit zeiden dat iemand in de kampen was vermoord, maar dat ‘hij niet terug was gekomen’. Een eufemisme zonder weerga. Jarenlang volgehouden.
Dit is geen boekje om ter hand te nemen en in een paar uur doorheen te lezen. Dit is een boekje voor fijnproevers, die weten dat een delicaat gerecht nooit in grote hoeveelheden moet worden gegeten. Hapje voor hapje, dag na dag, week na week.
De ene keer krijgt u een glimlach, de andere keer een vleug weemoed.