De verweesde fractie

DekinderenvanPimJoost Vullings – De kinderen van Pim. ISBN 978-90-488-3451-8, 428 pagina’s, € 19,99. Amsterdam: Lebowski 2017.

Wie namen in 2002 namens de LPF zitting in de Tweede Kamer?

Op 6 mei 2002 werd de populist Pim Fortuyn vermoord. Fortuyn, een nieuwkomer in de Nederlandse politiek, was op dat moment lijsttrekker van de Lijst Pim Fortuyn (LPF) voor de Tweede Kamerverkiezingen van 15 mei. De debuterende LPF werd met 26 zetels qua grootte de tweede partij, achter de andere winnaar, het CDA (43) en de twee grote verliezers, de VVD (24) en de PvdA (23). De uitslag werd als een politieke aardverschuiving beschouwd. De LPF onder leiding van haar fractievoorzitter Mat Herben werd betrokken in de kabinetsformatie, die op 22 juli leidde tot het aantreden van het kabinet-Balkenende I, een coalitie van CDA, LPF en VVD. Dit kabinet viel al 86 dagen later, op 16 oktober 2002, als gevolg van de interne spanningen binnen de LPF.

JoostVullingsJoost Vullings (1970) werd na zijn studie politicologie politiek verslaggever bij de NOS. Als jong journalist maakte hij de opkomst van Fortuyn mee. Nu, 15 jaar na diens dood, kijkt hij terug op deze periode. Hij interviewde zo veel mogelijk LPF-Kamerleden van toen of portretteerde hen waar dat niet (meer) mogelijk was.

Hij liet zien wat ze deden vóór Fortuyn, waarom ze zich tot hem voelden aangetrokken hoe ze op de lijst terechtkwamen. Was er voor hen een leven na het Kamerlidmaatschap en wat stemmen ze nu?

Als extraatje interviewde Vullings Peter Langendam (1949) – de man die ooit Fortuyn kwaad kreeg met een in het boek gepubliceerde homomop en de man van de uitspraak De kogel kwam van links) – die samen met Fortuyn destijds in zeer korte tijd de lijst uit de grond stampte, nadat de laatste uit de partij Leefbaar Nederland was gezet. De ministers die namens de LPF toetraden tot het kabinet ontbreken omdat ze pas na de verkiezingen in beeld kwamen. Een plausibele verklaring, maar de Eduard Bomhoff en Herman Heinsbroek speelden een dermate grote rol bij het ontstaan van de kabinetscrisis, een onderwerp dat als een rode draad door het boek loopt, dat het jammer is dat zij hier ontbreken. Bovendien, en dat mag ook wel eens gezegd worden, leverde de LPF met Roelf de Boer een prima minister en speelde Herman Heinsbroek een opmerkelijke rol. Staatssecretaris Steven van Eijck was zeer bekwaam. Hopelijk wordt nog eens in deze lacune voorzien.

IJdeltuiten

Ooit sprak Dries van Agt over ‘nietsnutten, ijdeltuiten en non-valeurs’. In tegenstelling tot het beeld in de media waren de LPF-Kamerleden geen non-valeurs en nietsnutten. IJdeltuiten zaten er wel degelijk bij en een aantal had last van een veel te groot ego. De te grote tijdsdruk bij de samenstelling van de lijst kan hier debet aan zijn. Er waren veel mensen bij die zich als ZZP’er, wetenschapper of medicus hadden onderscheiden en niet gewend waren in teamverband te opereren. Met uitzondering van de flamboyante alcoholist Jimmy Janssen van Raaij, (1932-2010) die destijds al in zijn nadagen was, had niemand parlementaire ervaring.

Mee formeren

Eigenlijk is nooit formeel het besluit genomen aan de kabinetsformatie deel te nemen en een aantal fractieleden betreurt dit achteraf. Mat Herben (1952) werd fractievoorzitter en voerde de onderhandelingen namens de LPF de onderhandelingen. CDA en VVD wilden het tempo erin houden en drongen er bij Herben op aan om snel te beslissen. Hij had geen tijd voor reflectie. Zijn collega’s probeerden de poten onder zijn stoel door te zagen toen hij doodmoe was van de formatie.

Philomena Bijlhout en Winny de Jong

Philomena Bijlhout (1957), het enige fractielid dat tot het kabinet toetrad, loog als kandidaat-staatssecretaris tegen formateur Jan Peter Balkenende over haar lidmaatschap van een Surinaamse Bouterse-militie en moest na enkele uren aftreden. Dat was niet het enige schandaal, waarvan de media smulden. Zo bleek het ‘hysterische’ etiket van Winny de Jong (1958) het gevolg van haar manisch-depressief gedrag.

Afkeer van paars en van links

Wat deze politici-in-spee verbond was hun afkeer van ‘paars’ en vooral van links, de PvdA en haar leiders Kok en Melkert. Overigens legt de auteur uit waarom Mark Rutte en Geert Wilders niet populair zijn bij deze oud-politici.

Er heersen in de groep weinig gevoelens van schaamte en zelfverwijt over het politiek gedrag van destijds. De schuld wordt eerder bij de media gelegd en de auteur concludeert dat die, inclusief hijzelf, wat meer empathie hadden kunnen tonen voor een club die plotseling zijn leider vermoord zag. Er had ook iets meer begrip kunnen zijn voor deze debutanten op het Binnenhof.

Elias verdient goed aan LPF

Nog een saillant feitje. Harry Wijnschenk (1964), die een blauwe maandag als fractievoorzitter fungeerde, betaalde het latere VVD-Kamerlid Ton Elias € 25.000 voor adviezen bij de voorbereiding van de Algemene Beschouwingen 2002. Die adviezen waren geheim, om te voorkomen dat andere opdrachtgevers zouden afhaken.

Conclusie

Een vlotgeschreven en verhelderend boek over een korte, maar buitengewoon hevige periode in onze vaderlandse parlementaire geschiedenis.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Geschiedenis, Non Fictie, Politiek. Bookmark de permalink.